0476 89 7008
secretariaat@vjv.be
Facebook
LinkedIn
VJV - Vlaamse Juristenvereniging
  • Home
  • VJV
    • Doel
    • Historiek
    • Bestuur
      • Organisatie
      • Administratie
      • VZW
    • Partners
    • Zusterverenigingen
    • Disclaimer
  • Lidmaatschap
    • Toetredingsformulier
    • Boekenvoordeel
  • Nieuwsbrief
  • VJV-rubriek RW
  • Column
  • Werking
    • Activiteiten
    • VJV-juristenreizen
  • Archief
  • Contact

Activiteiten

VJV Nieuwsbrief 2024/02B Recht & Film / Het nieuwe pandemieverdrag

1. Activiteit: Recht en film – “Anatomie d’une chute” – 12 maart 2024  (Fomu Antwerpen)

Graag nodigen we u uit voor onze volgende activiteit, namelijk een avond rond “Recht en film”. We bekijken en beleven die avond “Anatomie d’une chute” van Justite Triet, een film die vorig jaar in Cannes de Gouden Palm wegkaapte.

Op het eerste gezicht is Anatomie een klassieke whodunit, waarbij de centrale vraag is of Sandra al dan niet haar partner Samuel heeft vermoord, of dat hij toch door zelfdoding omkwam. De valse sporen die de kijker om elke hoek lijkt te zien, herinneren inderdaad aan dat aloude genre, maar eigenlijk is de oefening van Justine Triet een stuk subtieler. Ze presenteert de verhaallijn als stukken van een puzzel, die in willekeurige volgorde aan de kijker (en aan de rechtbank) gepresenteerd worden. In die zin is de film een reflectie over waarheid, of die nu al dan niet van juridische aard is.

Een deel van de inspiratie van Justine Triet werd geleverd door de zaak-Amanda Knox, de Amerikaanse studente die er in Italië van werd beschuldigd een medestudente vermoord te hebben. Tussen 2009 en 2015 werden er in haar zaak vier gerechtelijke uitspraken gedaan: tweemaal werd ze schuldig bevonden aan moord, tweemaal vrijgesproken, dat laatste ook uiteindelijk door het Italiaanse Hof van Cassatie. Triet liet zich bij de voorbereiding van de film ook bijstaan door een in het strafrecht ervaren advocaat.

Dat doen wij niet anders, want de inleiding bij de voorstelling die de Vlaamse Juristenvereniging op 12 maart a.s. organiseert in het FOMU in Antwerpen wordt verzorgd door Mr. Sanne De Clerck, die niet enkel haar sporen in het strafrecht heeft verdiend, maar sinds vorig jaar ook vast columniste is op de sociale media van de Juristenvereniging.

Afspraak op dinsdag 12 maart 2024 vanaf 19u in het FOMU aan de Waalsekaai 47 in Antwerpen. De voorstelling zelf begint om 19.30u en de inkom bedraagt 20 euro. Inschrijven graag uiterlijk op 8 maart 2023 via secretariaat@vjv.be met vermelding van uw naam en voornaam, organisatie/functie en adres. De deelnamesom kan gestort worden op rekening VJV BE94 3631 5216 1314 met vermelding ‘Recht en film – 12 maart 2024 – (uw naam)“. Uw inschrijving is pas definitief na betaling van de deelnamesom.

2. Column: Het nieuwe pandemieverdrag: nog een vodje papier erbij? 

Gorik Ooms, beleidsadviseur bij HERW!N en mensenrechtenexpert verbonden aan de Universiteit Gent 

In september schreef Dries Lesage, professor internationale politiek aan de UGent, een opiniestuk voor De Standaard dat de titel “Het internationaal recht is niet meer dan een vodje papier” kreeg. Een keer per jaar nodigt professor Lesage me uit om een les te geven over mondiale gezondheid en internationaal recht. Telkens voel ik me verplicht om de verwachtingen van de studenten te temperen en te wijzen op de door de band genomen eerder zwakke nalevingsmaatregelen en het gevolg daarvan: wat het internationaal recht voorschrijft bepaalt slechts in beperkte mate hoe staten zich gedragen. Op die manier voel ik me een beetje medeverantwoordelijk voor die straffe titel.

Als het internationaal recht echt niet meer was dan een vodje papier zou het verbazing moeten wekken hoe diplomaten juichten om de vermelding – in de slotverklaring van de Conferentie van de Partijen van het VN-Klimaatverdrag die in december 2023 plaatsvond in Dubai – dat het mondiale energiesysteem versneld moet afstappen van fossiele brandstoffen. Ook de teleurstelling van klimaatactivisten zou ons moeten verbazen. Zo’n slotverklaring is niet eens internationaal recht; op zijn best ‘soft law’. Waarom zouden we ons druk maken of de woorden die daar wel of niet in terecht komen, als staten toch gewoon hun zin (blijven) doen? De aandacht die de slotverklaring kreeg schijnt alvast te bewijzen hoe hard we meer en beter internationaal recht nodig hebben, en dat internationaal recht dus toch wel meer is dan een vodje papier.

Echter, de gebeurtenissen van 2023 in Oekraïne, Gaza, Soedan en elders dwingen ons inderdaad om kritisch naar internationaal recht te kijken. Dat is niet nieuw. In 1979 al beweerde professor Louis Henkin, in een poging om scepticisme over internationaal recht te weerleggen: “Almost all nations observe almost all principles of international law and almost all of their obligations almost all of the time.” Sindsdien werden heelder conferenties en vele doctoraatsverhandelingen gewijd aan de gevleugelde woorden van professor Henkin. Een deel van het debat gaat over de vraag of die stelling waar is (in empirische zin). Dat is, naar mijn mening, het minder interessante deel van het debat, omdat de empirische onwaarheid van de stelling bijna niet aan te tonen valt, met dank aan Henkin’s vierdubbele ‘almost’ slag om de arm. Het interessantere deel van het debat gaat over de vraag waarom onafhankelijke – zogenaamd ‘soevereine’ – staten zich überhaupt aan het internationaal recht zouden houden (zolang er geen internationaal politiesysteem bestaat). Een mooi overzicht van dat deel van het debat werd in 1999 geschreven door professor Jianming Shen.[1]

Ooit vond ik Shen’s artikel deprimerend, vandaag ervaar ik het als hoopvol. Internationaal recht werkt, volgens Shen, zoals contracten werken: zolang staten uit vrije wil hun toestemming gaven om verbonden te worden door bepaalde verdragen mogen we ervan uitgaan dat ze die zullen naleven. Het verlangen om door andere staten – de internationale gemeenschap, zeg maar – gezien te worden als rechtvaardig kan helpen om oprechte toestemming te geven aan bepalingen die de belangen van het land in kwestie niet direct dienen. Bovendien is de nood aan internationale samenwerking zo groot geworden dat de meeste staten bereid zijn om gemeende compromissen te sluiten, vanuit het besef dat internationale anarchie nadelig is voor alle landen. Dat biedt ruimte voor een iets edelere vorm van internationaal recht dan een koele afspiegeling van economische en militaire machtsverhoudingen laat vermoeden. Maar als bepalingen of verplichtingen vaag gebleven zijn, en zeker wanneer men kan vermoeden dat ze doelbewust vaag werden geformuleerd, dan zijn de redelijke interpretaties ervan wellicht aangetast door een soort wilsgebrek.

Met Shen’s overwegingen in gedachten kijk ik naar de onderhandelingen over het nieuwe pandemieverdrag. Ik kan niet meteen iets bedenken dat daarin zou kunnen staan en dat nog niet eerder werd geregeld door reeds bestaand internationaal recht. Het internationale gezondheidsreglement van de Wereldgezondheidsorganisatie werd in 2005 grondig herwerkt en bepaalt hoe landen zich behoren te gedragen in relatie tot bestaande of toekomstige pandemieën. Het TRIPs-verdrag van 1994 (Overeenkomst inzake de handelsaspecten van de intellectuele eigendom) bepaalt dat alle lidstaten een minimumbescherming van intellectuele eigendomsrechten moeten bieden, ook voor geneesmiddelen en vaccins, maar ook dat landen de vrijheid behouden om van de algemene regels af te wijken wanneer de volksgezondheid dat vereist. Tenslotte is er het internationaal verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten van 1966 dat het recht op gezondheid als mensenrecht erkent en internationale verplichtingen omvat.

Wat kan een nieuw pandemieverdrag daaraan nog toevoegen? Niet veel, volgens mij. De sceptici hebben gelijk: wat we mogen verwachten zal een stap achteruit zijn, vanuit een rechtvaardigheidsperspectief, in vergelijking met redelijke interpretaties van bestaand internationaal recht. Alleen is ondertussen duidelijke geworden dat sommige machtige staten cruciale bepalingen zo vaag mogelijke gehouden hebben omdat ze niet oprecht instemden met de redelijke interpretaties ervan. Het internationaal recht inzake mondiale gezondheid oogt mooi maar werkt niet. We staan voor een verscheurende keuze tussen internationaal recht dat minder rechtvaardig aanvoelt dan het bestaande, maar misschien wel werkt, of internationaal recht dat vooral aantoont hoe onbetrouwbaar sommige staten zijn.

[1] Shen, Jianming. “The Basis of International Law: Why Nations Observe.” Dick. J. Int’l L. 17 (1998): 287.

3. Dag van de Rechtstaat in Mechelen: 15 en 26 maart 2024

Sinds vele jaren werkt de Vlaamse Juristenvereniging mee aan de organisatie van de Dag van de Rechtstaat in Mechelen. Dit jaar kan u niet uitkijken naar een enkele Dag, maar naar twee complementaire dagen.

Op vrijdagnamiddag 15 maart wordt een antwoord gezocht op de vraag “Kan Europa de rechtstaat redden”, met de professoren Paul Lemmens, Koen Lenaerts en Ernst Hirsch Ballin. U vindt de flyer in bijlage: Dag van de Rechtstaat 15 maart 2024.

Op dinsdag 26 maart is er een avondprogramma rond het thema “Europa redt”, met uiteenlopende sprekers als weerman Bram Verbruggen, advocaten Isabelle Larmuseau, hoogleraar Paul Scheffer, topkok Seppe Nobels en conferencier en burger Geert Hoste. Alle informatie vindt u in de flyer in bijlage: Dag van de Rechtstaat 26 maart 2024.

4. Lidmaatschap VJV

Wilt u ook dit jaar deel uitmaken van de enige juristenvereniging in ons land die alle scheidslijnen binnen de juridische wereld overstijgt? Dat is in deze tijden misschien nog belangrijker dan voorheen.

Als u dat wil doen, zijn we u erg dankbaar. U gelieve dan 50 € (als gewoon lid) of 125 € (als steunend lid)  te storten op rekening BE94 3631 5216 1314 van VJV-Organisatie vzw  en hier uw gegevens in te vullen.

Wij danken u bij voorbaat voor uw steun en kijken ernaar uit u te ontmoeten op onze najaarsactiviteiten.

Met vriendelijke groet

Frank Judo

Voorzitter VJV

VJV Nieuwsbrief 2024/01-02 – column Sanne De Clerck – Justitie als vatbare dialoog & activiteit

Met goede moed is het bestuur van de Vlaamse Juristenvereniging aan een nieuw jaar begonnen. Er zijn in het vorige jaar een aantal projecten op de rails gezet, die voortbouwen op wat we in de voorbije jaren mochten opbouwen. U vindt in deze nieuwsbrief trouwens een uiting daarvan, in de gedaante van de column van Sanne De Clerck.

En zonder daarom een nieuwjaarsbrief met goede voornemens voor te dragen, kunnen we zeker al enkele plannen met u delen. Op 12 maart a.s. ontmoeten we elkaar in Antwerpen voor een activiteit rond “Recht en film”. In het FOMU bekijken we dan samen “Anatomie d’une chute”, de winnaar van de Gouden Palm 2023, die nauw verbonden is met het leven van het recht.

Verder in het voorjaar kan u ook rekenen op een nieuwe editie van het “Juridische woord van het jaar”. Dat project was vorig jaar een succes, dat ruim weerklank kreeg binnen en buiten de juridische wereld. Het is ook een illustratie van de nauwe band tussen recht en taal die onze vereniging van in den beginne heeft gekenmerkt en ook daarom koesteren we deze activiteit.

Naast deze intenties, hebben we ook een verzoek voor u. Wil u ons niet loslaten? En als het enigszins kan, lid blijven of worden? Dat doet u door 50 € (als gewoon lid) of 125 € (als steunend lid)  te storten op rekening BE94 3631 5216 1314 van VJV-Organisatie vzw  en hier uw gegevens in te vullen.

Overigens is het de laatste keer dat u deze vraag van mij zal krijgen. In 2008 nam ik het voorzitterschap van de Juristenvereniging over, het wordt dus tijd om andere mensen de kans te geven hun creativiteit aan onze vereniging te besteden. Ook daarover verneemt u spoedig meer. Voor mij is het echter een mooie gelegenheid om u allen te danken voor de fijne samenwerking in de voorbije zestien jaar.

1. Column: Justitie als vatbare dialoog 

Sanne De Clerck, advocate aan de balie Antwerpen, specialiste strafrecht

2024/01-02

Medio september viel in het oude NAVO-gebouw in Brussel het doek over het negen maanden durende assisenproces waar tien beschuldigden terecht stonden voor de aanslagen die ons land op 22 maart 2016 in Zaventem en Maalbeek opschrikten.

Een proces dat op zijn zachts uitgedrukt een moeilijke start kende door de u ondertussen welkbekende saga van de glazen boxen en de ellelange discussies over de transporten van de beschuldigden van de gevangenis van Haren naar het Justitia gebouw in Evere.

Het zou daarenboven volgens velen een onmogelijke taak worden om voldoende burgers bereid  te vinden om maandenlang in een volksjury te zetelen.

Laat staan dat deze juryleden in staat zouden zijn om een deskundig oordeel te vellen in een dergelijk complex en omvangrijk dossier.

Samengevat : de scepsis over het welslagen van dit proces was aan het begin van de rit  bijzonder groot.

Zodra het proces echter op dreef was, werd al snel duidelijk dat een rampscenario zich gelukkig niet zou voltrekken.

De Voorzitster wist de aanvankelijke wrevel te ontmijnen. De aandacht van de uitgelote juryleden bleek torenhoog en er werden door hen al snel pertinente vragen gesteld waar menig ‘professional’ van opkeek.

Het proces was tegen de jaarwisseling op kruissnelheid en zou niet meer afwijken van de koers.

Nadat de jury en het Hof in de zomer tweemaal in afzondering waren geweest, werd er op 25 juli 2023 en 15 september 2023 recht gesproken.

De uitspraken over straf en schuld lagen volgens mij voor niemand volledig in de lijn der verwachtingen of der verhoping.

Beschuldigden die de vrijspraak vroegen, werden toch schuldig bevonden. Een beschuldigde waarvoor het Federaal parket de levenslange opsluiting had geëist, kreeg uiteindelijk geen straf opgelegd.

Desalniettemin werd er door geen der partijen een rechtsmiddel tegen de uitgesproken arresten aangewend.

Alle actoren besloten om te berusten in de uitspraak.

Ook voor de publieke opinie die maar al te vaak van zich laat horen (Cfr. bijvoorbeeld de hevige polemiek die ontstond na de uitspraak in de zaak Reuzegom) leek de beslissing van de volksjury verassend makkelijk te verteren.

Deze eendrachtige berusting zette mij aan het denken.

Zouden we ons makkelijker neerleggen bij het oordeel van een volksjury dan bij het besluit van professionele rechters?

Werd de beslissing tot berusting ingegeven door een milde vorm van groepsdenken?

Sinds mensheugenis leven we al in groepen. Het leven in een groep biedt bescherming en zekerheid. Een groep is vaak ook in staat om meer voor elkaar te krijgen dan een individu.

Een volksjury zou een soort van in-group kunnen vormen voor de procespartijen en de publieke opinie waarmee men zich meer verboden voelt en waarop men bijgevolg moeilijker kritiek kan of wil geven. Terwijl beroepsmagistraten voor veel burgers een out-group vormen, de zogenaamde ‘ivoren toren’ waartegen men zich mogelijks makkelijker afzet en afkeert.

Groepsdenken komt voort uit de behoefte aan sociale cohesie.

Sociale cohesie is de mate waarin mensen zich verbonden en verantwoordelijk voelen voor een gezamenlijk doel.

Sta mij toe om die onbewuste drang naar sociale cohesie na een poging om via terrorisme verdeeldheid te zaaien van een ontroerende schoonheid te vinden.

Er zijn uiteraard ook valkuilen aan groepsdenken. De psycholoog Irving Janis introduceerde de term Groupthink in 1971. De keerzijde van groepsdenken bestaat erin dat er mogelijks een overdreven neiging ontstaat om het met elkaar eens te zijn binnen een groep. Iedereen wordt (subtiel) gedwongen de mening van de groep over te nemen. Niet zelden is dat het standpunt van de leider of van de persoon met de luidste stem. De ogen worden gesloten voor belangrijke informatie, alternatieven worden niet ernstig onderzocht en slecht nieuws, met name alles wat het behalen van de gezamenlijke doelen in de weg staat, wordt door de groep collectief genegeerd.

Gelukkig zijn er in het geval van lekenrechtspraak heel wat waarborgen om het risico op een scenario waar unanimiteit de bovenhand zou nemen op diversiteit te vermijden. Elk jurylid dient immers na het gezamenlijk beraad finaal afzonderlijk en anoniem zijn of haar stem uit te brengen.

Het resultaat bleek in het terrorismeproces een breed gedragen beslissing waar vriend en vijand zich in kon vinden.

Naast het groepsgevoel blijkt tevens dat goed geïnformeerde burgers vaak genuanceerder en minder punitief zijn. Mogelijks lag in Brussel het Dunning Kruger-effect ook mee aan de basis van de vlotte berusting. Hoe meer kennis we hebben, hoe meer we ons realiseren dat zaken misschien minder zwart/wit zijn dan vooraf gedacht.

Welingelichte burgers hebben dan ook vaker een positieve houding ten aanzien van uitspraken.

Nu tijdens een assisenproces het onderzoek ten behoeve van de jury volledig moet worden overgedaan ter terechtzitting wordt alles van naadje tot draadje uitgelegd in mensentaal.

Indirect worden zo ook de partijen en het publiek helder over het dossier geïnformeerd.

Juryrechtspreek heeft in zekere zin dus ook een communicatiefunctie nu het proces bedoeld is als een vatbare dialoog die zowel de juryleden, de procespartijen en het publiek wil aanspreken.

Met succes nu iedereen zich in dit proces gehoord heeft gevoeld.

Justitie zou in elke zaak naar deze vatbare dialoog moeten streven.

2. Activiteit: Recht en film – “Anatomie d’une chute”

Dinsdag 12 maart 2024 vanaf 19 u, FOMU Antwerpen

Vorig jaar won de Franse regisseuse Justine Triet in Cannes de Gouden Palm met haar juridisch drama “Anatomie d’une chute”. Ook elders viel de film in de prijzen.

Sandra, Samuel en hun 11-jarige slechtziende zoon, Daniel, leven al een jaar ver weg van alles in de bergen. Op een dag wordt Samuel dood aangetroffen aan hun huis en start er een onderzoek naar zijn verdachte dood. Hoewel er twijfel is, wordt Sandra snel aangeklaagd -was het zelfmoord of moord? Een jaar later woont Daniel het proces van zijn moeder bij, waarbij het leven van het gezin grondig wordt ontrafeld.

We vonden het een bijzondere gelegenheid om de interactie tussen de actuele cultuur en de juridische cultuur te ontdekken in het kader van deze film en zijn het Fotomuseum Antwerpen en cinema Lumière dankbaar dat we dit project samen op touw kunnen zetten.

Afspraak op dinsdag 12 maart 2024 aan de Waalsekaai 47 in Antwerpen. We zijn welkom vanaf 19u en om 19.30u start het eigenlijke programma. Nadien praten we na bij een drankje en een hapje. De inkom bedraagt 15 € voor leden en gelijkgestelden en 20 € voor niet-leden.

Inschrijven via secretariaat@vjv.be.

3. Blijf ook verder op de hoogte van de VJV-activiteiten!

Volg de Vlaamse Juristenvereniging via de VJV-webstek en op Facebook en Linkedin,  en blijf zo op de hoogte van al onze activiteiten.

4. Lidmaatschap VJV

Wilt u ook dit jaar deel uitmaken van de enige juristenvereniging in ons land die alle scheidslijnen binnen de juridische wereld overstijgt? Dat is in deze tijden misschien nog belangrijker dan voorheen.

Als u dat wil doen, zijn we u erg dankbaar. U gelieve dan 50 € (als gewoon lid) of 125 € (als steunend lid)  te storten op rekening BE94 3631 5216 1314 van VJV-Organisatie vzw  en hier uw gegevens in te vullen.

Wij danken u bij voorbaat voor uw steun en kijken ernaar uit u te ontmoeten op onze najaarsactiviteiten.

Met vriendelijke groet

Frank Judo

Voorzitter VJV

VJV Nieuwsbrief 2023/11 – column Gerhard Hoogers – Een federaal Koninkrijk: et tu, Neerlandicae? & activiteit “Recht en macht” (07/12/2023)

1. Column: Een federaal Koninkrijk: et tu, Neerlandicae? 

Gerhard Hoogers

Gerhard Hoogers, universitair hoofddocent staatsrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen en honorair hoogleraar vergelijkend staatsrecht aan de Carl von Ossietzky-Universität Oldenburg

2023/11

Ik spreek wel eens Vlaamse juristen die verzuchten dast de staatsinrichting van België zo gecompliceerd is. Drie Gemeenschappen! Drie Gewesten! Een Federale overheid! En dan ook nog provincies en gemeenten – het is zo gecompliceerd dat de eenvoudige jurist door de deelstatelijke bomen het federale bos bijna niet meer kan zien. Bovendien – niet alleen een federatie met eigenaardige trekken, ook nog een federaal Koninkrijk, een unicum in Europa! Nee, dan Nederland. Een doodgewone, wat saaie eenheidsstaat, met een regering in Den Haag, 12 provincies en een paar honderd gemeenten. Natuurlijk, er is de bestuurlijke spaghetti van intergemeentelijke samenwerking in veiligheidsregio’s en aanverwanten, maar het verbleekt toch bij de complexiteit van het ‘Belgisch Labyrint’.

Maar schijn bedriegt. Want Nederland is groter dan Nederland. Nederland is formeel slechts een deel van een groter geheel – het Koninkrijk der Nederlanden. En dat Koninkrijk bestaat naast Nederland uit nog drie landen – Aruba, Curaçao en Sint Maarten. Die drie eilanden liggen in de Caribische Zee en waren alle drie deel van de voormalige Nederlandse Antillen, Aruba tot 1986 en Curaçao en Sint Maarten tot 2010. In dat jaar werden de Nederlandse Antillen geheel opgeheven. De Nederlandse Antillen vormden sinds 1975 de laatste overblijfselen van het eens zo omvangrijke Nederlandse overzeese Rijk, dat ook Indonesië (tot 1949, Nederlands Nieuw-Guinea tot 1962) en Suriname (tot 1975) omvatte. De zes eilanden van de Nederlandse Antillen (drie ervan, Aruba, Curaçao en Bonaire voor de kust van Venezuela en de andere drie, Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba in de buurt van Puerto Rico) hebben de onafhankelijkheid nooit gewenst en in opeenvolgende referenda steeds afgewezen. In plaats daarvan hebben zij zich over het algemeen goed kunnen vinden in de constructie die Nederland, Suriname en de Nederlandse Antillen in het begin van de jaren ’50 van de vorige eeuw hebben opgetuigd om een einde te maken aan de koloniale status van die twee toenmalige overzeese gebieden: het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden.

En het Statuut maakt de staatsinrichting van het Koninkrijk een stuk complexer, maar ook interessanter dan op het eerste gezicht lijkt. Het schept zoals de preambule het noemt een ‘nieuwe rechtsorde’ – een waarin de toen drie en nu vier landen waaruit het Koninkrijk bestaat hun eigen aangelegenheden zelfstandig behartigen en de gemeenschappelijke aangelegenheden via organen van het Koninkrijk behartigen. Eigen aangelegenheden zijn er heel veel, gemeenschappelijke niet zoveel: het Statuut somt ze op, grotendeels in artikel 3. Naast de buitenlandse betrekkingen en de defensie zijn het vooral de gemeenschappelijke nationaliteit en regelingen met betrekking tot zeeschepen en onderscheidingen. Het Koninkrijk doet dus niet zo heel veel en dat blijkt ook in de praktijk: er is geen vrij verkeer van personen binnen het Koninkrijk, er is geen monetaire unie, het Koninkrijk is geen douane-unie en zelfs geen vrijhandelszone.

Die paar gemeenschappelijke aangelegenheden worden door de organen van het Koninkrijk behartigd, die door het Stastuut in het leven worden geroepen. Maar die organen zijn geen volstrekt nieuwe, speciaal voor het Koninkrijk geschapen organen: het zijn de door de (Nederlandse) Grondwet in het leven geroepen organen die er sinds 1815 zijn: de Koning, de ministers, de Raad van State, de Staten-Generaal. Als die organen handelen voor het hele Koninkrijk, dan regelt het Statuut dat de procedure zo verloopt dat ook de drie andere landen in het Koninkrijk daar een zekere invloed op uit kunnen oefenen. Zo bestaat de raad van ministers van het Koninkrijk uit alle Nederlandse ministers en daarnaast uit een drietal Gevolmachtigde Ministers, die door de regering van hun respectievelijke land worden benoemd en op instructie van die regering handelen. De Raad van State van het Koninkrijk bestaat uit alle Nederlandse leden van de Raad van State aangevuld door drie staatsraden van elk der Caribische landen. De Gevolmachtigde Ministers en de parlementen van de drie Caribische landen (‘Staten’ geheten) hebben een aantal bevoegdheden bij het tot stand brengen van gemeenschappelijke wetgeving voor het hele Koninkrijk, die door het Statuut wordt aangeduid met de term ‘rijkswetten’. De Grondwet is dus niet alleen voor Nederland zelf relevant, maar regelt ook hoe wetgeving en bestuur in het hele Koninkrijk tot stand komt, maar dan aangevuld en soms gecorrigeerd door het Statuut, dat ten opzichte van de Grondwet de hogere regeling vormt. Dat geeft het Koninkrijk der Nederlanden dus een complexe en gelaagde geschreven constitutie: ze bestaat uit het Statuut en delen van de Grondwet, die uit kracht van het Statuut gelding hebben voor het gehele Koninkrijk. Deze delen van de Grondwet zijn ook hoger dan de delen van de Grondwet die alleen voor Nederland zelf gelden, al blijkt dat nergens uit de tekst van de Grondwet zelf: het volgt uit het Statuut, dat ook voorschrijft dat die grondwettelijke bepalingen op een andere manier herzien moeten worden dan de ‘exclusief Nederlandse’ bepalingen, bij rijkswet namelijk. De drie Caribische landen beschikken zelf over een geschreven constitutie die luistert naar de naam ‘Staatsregeling’, in navolging van de eerste geschreven Grondwet van de noordelijke Nederlanden, de Staatsregeling voor het Bataafsche Volk van 1798.

De oplettende lezer zal inmiddels geconstateerd hebben dat het Koninkrijk der Nederlanden dus uit vier landen bestaat, waarvan er drie in de Caribische Zee liggen. Maar hij of zij zal ook eerder opgemerkt hebben dat de Nederlandse Antillen bestonden uit zes eilanden. Wat is er met de andere drie gebeurd? Wel, die zijn bij de opheffing van de Antillen in 2010 op eigen verzoek toegetreden tot het land Nederland. Naast een Europees deel van Nederland is er dus ook een Caribisch deel van Nederland, bestaande uit de drie eilanden Bonaire, St. Eustatius en Saba. Sinds 2017 bevat de Grondwet in de vorm van artikel 132a een eigen verankering van de bijzondere positie van deze eilanden in het Nederlandse staatsbestel. Ze zijn geen gemeente, omdat ze niet tot enige provincie behoren, maar een ‘openbaar lichaam’ en vallen rechtstreeks onder de centrale Nederlandse overheid. Daarnaast schept de Grondwet in die bepaling de mogelijkheid dat in het Caribische deel van Nederland andere rechtsregels gelden dan in het Europese deel ervan. Dat is ook daadwerkelijk het geval: niet alleen geldt in Caribisch Nederland nog grotendeels recht van de voormalige Nederlandse Antillen, de wetgever heeft ook na 2010 tal van afwijkende normen voor deze eilanden geschapen. Zo is er niet de Euro, maar de Dollar het wettige betaalmiddel. Ook is er geen vrij verkeer van personen van het Europese naar het Caribische deel van Nederland (wel andersom). Alle zes de Caribische eilanden, zowel de drie met een autonome structuur als de drie die deel van Nederland zelf zijn, vallen slechts beperkt onder de werking van het EU-recht, omdat ze de status van landen en gebieden overzee (LGO) hebben.

Kortom: het Koninkrijk der Nederlanden is een aanzienlijk exotischer staat dan u wellicht vermoed had. Twee van de drie leden van de Benelux zijn een federaal Koninkrijk, beide met een gecompliceerde staatkundige structuur. Slechts onze vrienden in Luxemburg houden hun staatkundige structuur relatief eenvoudig.

In Aruba, Curaçao en Sint Maarten wordt Koning Willem-Alexander vertegenwoordigd door een Gouverneur, die ondersteund wordt door een eigen Kabinet. Vanaf de eerste december 2023 word ik in Philipsburg de nieuwe directeur van het Kabinet van de Gouverneur van Sint Maarten. Ik zal de komende tijd de wetenschap dan ook verlaten en de bijzondere, maar prachtige constitutionele praktijk van het transatlantische Nederlandse Koninkrijk gaan dienen. Ik zie ernaar uit: ik zie er ook naar uit om vanuit daar uw dienstwillige dienaar als columnist te blijven.

2. Activiteit: Recht en macht 

Ongezond of onvermijdelijk?

Donderdag 7 december 2023 om 20 u, online

We geloven allemaal in de rechtstaat. In het recht zien we een kracht die onze samenleving versterkt en zelfs mogelijk maakt. En toch heeft het recht geen florissante reputatie. Het lijkt meer te blokkeren dan te faciliteren. Of erger nog: het recht zou er niet zijn voor de snellen, maar voor de rijken en de machtigen. Klassenjustitie, zegt de ene. Verkapte machtspolitiek, denkt de andere.

In zo’n gevallen helpt verontwaardiging niet, maar zijn juristen aan zichzelf en het recht verplicht om met open vizier na te gaan of deze kritiek al dan niet hout snijdt. Als de vrienden van de rechtstaat deze kritiek niet ernstig zouden nemen, blijft hij in handen van wie andere doelen nastreeft.

Prof. Em. Dr. Ludo Cornelis denkt al enige tijd dat het recht, in het bijzonder het privaatrecht, het democratische samenlevingsverband spaken in de wielen steekt waardoor zijn duurzaamheid, meer dan gevaarlijk, op de helling staat. Op het samen met Prof. Dr. Régine Feltkamp ontwikkelde forum Law back on track gaat hij en andere auteurs daarop met publicaties dieper in. Volgens hem leidt de vertaling van het dominante economische model in privaatrechtelijke rechtsregels tot sociale, klimaat-, biodiversiteits-, ecologische en politieke ontregelingen, die voor een (democratische) noodtoestand zorgen. Daarom betreurt hij dat een overgrote meerderheid van economen, juristen en politici dat sinds meerdere decennia niet onder ogen wil zien. De herziening van het BW en het WVV zorgen niet voor beterschap: errare humanum est, perseverare diabolicum. Het spreekwoord zinspeelt op het opzettelijk berokkenen van schade; dat duidelijke verbod dringt zich evenwel ook aan economen, juristen en politici op.

Prof. Em. Theo de Wit kwam langs een andere weg in een vergelijkbare vraagstelling terecht. Hij ging de confrontatie aan met het denken van Carl Schmitt, de steeds nuchtere en vaak cynische observator van het constitutionele leven in de Duitse Weimarrepubliek. Schmitt ging zover dat hij de rechtstaat achter zich liet en geen graten zag in een tijdelijke betrokkenheid bij het nationaalsocialistische regime. De Wit zal eerst in een meer persoonlijke noot verhelderen waarom hij al vanaf de jaren zeventig belangstelling heeft voor zo’n controversiële auteur als Schmitt. Vervolgens zal hij een aantal van Schmitts thema’s noemen die vandaag hoogst actueel zijn en die allemaal de toekomst van de democratische rechtsstaat raken, zoals polarisering en radicalisering van de politiek, de kwestie van de maatschappelijke eenheid naast democratische legitimiteit, de spanning tussen legaliteit en legitimiteit, of het nieuwe beroep op een categorie als nood- en uitzonderingstoestand.

Vanuit twee heel uiteenlopende standpunten bekijken we dus de verhouding tussen recht en macht. De illusie dat we tot pasklare antwoorden zullen komen, hebben we ditmaal misschien nog minder dan ooit. De zekerheid dat we een relevant thema aansnijden, meer dan ooit.

Aanmelden graag via secretariaat@vjv.be U krijgt dan een link doorgestuurd die u toelaat deel te nemen aan deze activiteit.

De activiteit is gratis.

Programma

20.00u: Welkom door Frank Judo, voorzitter Vlaamse Juristenvereniging

20.05u: Inleiding door Arie Van Hoe, bestuurslid Vlaamse Juristenvereniging

20.10u: Prof. Dr Ludo Cornelis (VUB)

20.40u: Prof Dr Theo de Wit (Universiteit Tilburg)

21.05u: Vragen en bedenkingen uit de virtuele zaal

21.45u: Slotbedenkingen

3. Blijf ook verder op de hoogte van de VJV-activiteiten!

Volg de Vlaamse Juristenvereniging via de VJV-webstek en op Facebook en Linkedin,  en blijf zo op de hoogte van al onze activiteiten.

4. Lidmaatschap VJV

Wilt u ook dit jaar deel uitmaken van de enige juristenvereniging in ons land die alle scheidslijnen binnen de juridische wereld overstijgt? Dat is in deze tijden misschien nog belangrijker dan voorheen.

Als u dat wil doen, zijn we u erg dankbaar. U gelieve dan 50 € (als gewoon lid) of 125 € (als steunend lid)  te storten op rekening BE94 3631 5216 1314 van VJV-Organisatie vzw  en hier uw gegevens in te vullen.

Wij danken u bij voorbaat voor uw steun en kijken ernaar uit u te ontmoeten op onze najaarsactiviteiten.

Met vriendelijke groet

Frank Judo

Voorzitter VJV

VJV Nieuwsbrief 2023/09-10 – column Sven Lievens – Let op voor de doel-middelverwarring

Nu de herfstige dagen zich hebben aangekondigd, hebben wij een nieuwe column voor u beschikbaar. De column ‘Let op voor de doel-middelverwarring’ is een column van de hand van Sven Lievens, mandaatassistent aansprakelijkheidsrecht en risicoverzekeringen aan de Universiteit Antwerpen.

Blijf op de hoogte via onze VJV-webstek, en meld u aan bij de sociale media van onze vereniging.

Let op voor de doel-middelverwarring

Sven Lievens, Mandaatassistent aansprakelijkheidsrecht en risicoverzekeringen, Universiteit Antwerpen

2023/09

Ons menselijk brein trapt snel in denkfouten, vaak met heel wat bravoure aangeduid als cognitive biases. Door een verkeerde voorstelling van bepaalde feiten of het maken van fundamentele fouten tegen het logisch denken worden we snel op het verkeerde been gezet. Wist u overigens dat 78% van de mensen sneller geloof hecht aan uw beweringen als u een percentage vermeldt? U merkt het, het is zo gebeurd.

Het gaat vaak om retorische trucs, debattechnieken en marketingstrategieën. Maar ook ons rechtssysteem blijft niet gespaard van dergelijke onlogische redeneringen. Een veelvoorkomende denkfout die zich manifesteert in heel wat politiek-juridische debatten over allerhande onderwerpen is de doel-middelverwarring. Daarbij verliest men uit het oog wat het effectieve doel is dat men wil bereiken door de focus te verleggen naar  het middel. Na verloop van tijd verwordt het middel tot het doel dat men wou bereiken en vraagt men zich af waarom het nu nodig was om bepaalde regelgeving op te stellen. De doelgerichtheid van regelgeving verdwijnt en recht dreigt zowaar doelloos te worden.

Zo hoorde ik onlangs in het onderwijsdebat de oproep tot digitalisering van ons onderwijs. Terecht onderscheidde de Commissie Beter Onderwijs onder leiding van Philip Brinckman het doel van het middel. Het doel kan erin bestaan onze leerlingen digitale vaardigheden bij te brengen waarvoor laptops van pas kunnen komen, maar kennisoverdracht gebeurt nog steeds best via pen en papier, ergo het synthetiseren van gedachten via geschreven kernwoorden. Ik ken slechts één professor aan onze rechtenfaculteit die de moed heeft om laptops te verbieden in haar colleges teneinde het juiste doel te bereiken.

Ook het Staatsrecht wordt niet gespaard van doel-middelverwarringen. Langs Vlaams-nationale zijde wordt soms op romantische wijze voorgehouden dat een onafhankelijk Vlaanderen het doel is. Dat is, minstens logisch, onjuist. Vlaamse onafhankelijkheid is, in hun optiek, een middel om een doel te bereiken. Men streeft efficiëntie, fiscale rechtvaardigheid en democratische legitimiteit na. Ook minder of totaal niet kwantificeerbare waarden kunnen ten grondslag liggen aan de onafhankelijkheidseis. Deze kunnen bijvoorbeeld de rol aannemen van wat ik benoem als intermediaire of tussendoelen. Romantische gevoelens over staatsgrenzen die samenvallen met een bevolking, het bouwen van een gemeenschap rond een bepaalde taal of cultuur zijn bijvoorbeeld legitieme tussendoelen om te komen tot een hechtere samenleving, inclusiviteit, verbondenheid of het verminderen van criminaliteit en sluikstorten. Hetzelfde kan gezegd worden over de unitaire visie op ons Staatsrecht. Wederkeren naar een eengemaakt België is geen doel op zich. Het is evenwel gerechtvaardigd om het als een middel te zien om tot een versterkt natiegevoel te komen, bevoegdheidsversnippering tegen te gaan of efficiënter om te gaan met de schaarse middelen om globale uitdagingen aan te gaan. Eens te meer behoort in het Staatsrecht structure follows strategy centraal te staan. Om even kort te gaan: structuren zijn middelen om specifieke doelen te bereiken.

Een laatste voorbeeld waar die doel-middelverwarring duidelijk de bovenhand neemt is ons diversiteitsbeleid. Bedrijven, middenveldorganisaties en politici lopen storm om de meest diverse te zijn onder allen. Alleen is diversiteit eigenlijk geen doel op zich, maar een middel tot verschillende doelen. Zo kan een diverse beleidskamer tot meer herkenning en respect leiden. Ook het belang van rolmodellen kan niet worden onderschat. Diversiteit kan ook een verrijking zijn om de homogeniteit van ideeën die leven in een bepaalde sector te doorbreken. Versterking van het kritische denken, het gevoel van vertegenwoordiging en het cultiveren van meer respect zijn dus de doelen, waartoe diversiteit een middel kan zijn.

Geen van bovenstaande ideeën – digitalisering in het onderwijs, staatshervorming of diversiteit – zijn dus an sich slecht. Maar ze zijn ook niet an sich goed. Wetgeving is dus niet adequaat als het tot doelstelling heeft om de diversiteit te bevorderen, de staat te hervormen of de digitalisering van het onderwijs te versnellen. Middelen zijn immers intrinsiek relationeel van aard. Het is pas in de concrete en praktische zoektocht om een welbepaald doel te behalen dat dergelijke middelen al dan niet voldoende doelgericht en dus adequaat zijn.

Die adequaatheidsvereiste van regelgeving is nochtans niet onbelangrijk. Vooreerst is het essentieel om na te gaan of regulering wel bijdraagt aan het te verhelpen probleem. Daartoe is alvast vereist dat er een maatschappelijk probleem is, dat oplosbaar is, waarvoor regelgeving (door een overheid) nodig is én waarbij de voorgestelde maatregel het doel treft. Vervolgens moet nagegaan worden wat de externe effecten zijn van het nemen van die maatregel, bijvoorbeeld extra planlast of administratie, milieuverontreiniging, enzovoort. Er is namelijk vaak een waterbed-effect, waarbij de problemen zich van de ene locatie verplaatsen naar de andere. Na afweging van de voor- en nadelen kan gekozen worden om de meest adequate regel alsnog te implementeren. Op wetgevingsniveau behoort de  reguleringsimpactanalyse (RIA) dit soort afwegingen alvast transparanter en op gestructureerde wijze te helpen maken.

Ook bij rechterlijke toetsing na de totstandkoming van wetgeving komt het meer dan eens voor dat deze regels inhoudelijke beperkingen vormen op de talrijke grond- en mensenrechten. Daar is eveneens de adequaatheid van de maatregel een belangrijke criterium om de algehele proportionaliteit van de beperking na te gaan. Dat geldt in het bijzonder bij een discriminatietoets waarbij een criterium van onderscheid adequaat en pertinent moet zijn om een bepaalde doelstelling te bereiken.

Juristen behoren kritische geesten te zijn die doorheen de vele taalkundige spitsvondigheden van hun gesprekspartner onjuiste ballonnetjes kunnen doorprikken. De doel-middelverwarring is een van die onjuiste ballonnetjes, veelal opgelaten door politici-wetgevers of bedrijfsleiders met geldingsdrang. Hopelijk heeft mijn schrijven – en uw lezen – bijgedragen tot het razendsnel doorprikken van die ballonnetjes en weet u voortaan iedereen terecht te wijzen die diversiteit, staatshervorming of digitalisering als doel presenteert. Deze column was hopelijk een adequaat middel om dat doel te bereiken.

Blijf verder op de hoogte van de VJV-activiteiten!

Volg de Vlaamse Juristenvereniging via onze webstek en op Facebook – Linkedin,  en blijf zo op de hoogte van al onze activiteiten.

Wilt u ook dit jaar deel uitmaken van de enige juristenvereniging in ons land die alle scheidslijnen binnen de juridische wereld overstijgt? Dat is in deze tijden misschien nog belangrijker dan voorheen.

Als u dat wil doen, zijn we u erg dankbaar. U gelieve dan 50 € (als gewoon lid) of 125 € (als steunend lid)  te storten op rekening BE94 3631 5216 1314 van VJV-Organisatie vzw  en hier uw gegevens in te vullen.

Wij danken u bij voorbaat voor uw steun en kijken ernaar uit u te ontmoeten op één van onze volgende activiteiten.

Met vriendelijke groet

Frank Judo

voorzitter VJV

__PRESENT

VJV-Nieuwsbrief 2023/08 column Gorik Ooms – De moeder van alle tragedies of the commons & boek 'Rechterlijke onafhankelijkheid'

De zomer loopt op zijn einde, maar een nieuwe column staat al voor u klaar. De column ‘De moeder van alle tragedies of the commons’  is opnieuw een column van Gorik Ooms (beleidsadviseur bij HERW!N en mensenrechtenexpert verbonden aan de Universiteit Gent) die onze columnreeks startte.

In de laatste zomerdagen of najaarsavonden kunt u zich ook nog verdiepen in het boek over de ‘Rechterlijke onafhankelijkheid’,  dat tot stand kwam naar aanleiding van het colloquium ‘Onafhankelijke rechtspraak’ in samenwerking met de Nederlandse Juristenvereniging en de Vlaamse Juristenvereniging, najaar 2022.

Tenslotte kijk met ons alvast mee naar de VJV-najaarsactiviteiten. Blijf op de hoogte via onze VJV-webstek, en meld u aan bij de sociale media van onze vereniging.

1. De moeder van alle tragedies of the commons.

Gorik Ooms (beleidsadviseur bij HERW!N en mensenrechtenexpert verbonden aan de Universiteit Gent)

2023/08

Juli 2023 was de warmste maand die ooit op aarde werd gemeten.

In december 1968 schreef Garrett Hardin zijn beroemde (en beruchte) essay, The Tragedy of the Commons. Hardin had de mosterd gehaald bij William Forster Lloyd, die in 1833 in zijn Two Lectures on the Checks to Population het voorbeeld gebruikte van een stuk grond dat van niemand (of van iedereen dus) was, waar alle boeren hun schapen mogen laten grazen – tot de grond onvermijdelijk helemaal uitgeput geraakt. Zowel Lloyd als Hardin gebruikten de metafoor van een commons – meent in het Nederlands – als argument om te pleiten voor overheidsinterventie in bevolkingsgroei. Anderen gebruikten de metafoor om te pleiten voor de privatisering van alle meenten.

Ondertussen zijn zowel de idee dat meenten per definitie zelfdestructief zijn als de idee dat teveel mensen op deze planeet onvermijdelijk leiden tot het onleefbaar worden van deze planeet tenminste gedeeltelijk achterhaald. Dat de klimaatontwrichting niet veroorzaakt wordt door teveel mensen, maar door de extreme overconsumptie van een beperkt aantal mensen, heeft Tine Hens helder uitgelegd in Het is allemaal de schuld van de Chinezen! Elinor Ostrom zocht en vond in alle uithoeken van de wereld meenten die wel succesvol beheerd worden. Bijvoorbeeld, 80% van de Zwitserse alpenweiden zijn meenten die al sinds de middeleeuwen beheerd worden door de boeren zelf, die onderling afspraken maken over hoeveel koeien elke boer mag houden. In Governing the Commons: The Evolution of Institutions for Collective Action legt Ostrom – die voor haar werk overigens de Nobelprijs Economie kreeg – uit hoe noch privatisering, noch overheidsingrijpen, absoluut noodzakelijk zijn om een meent te beheren.

Kunnen we de principes die Ostrom distilleerde uit haar voorbeelden gebruiken om de klimaatontwrichting tegen te gaan? Volgens Ostrom’s eerste principe moeten we dan heel duidelijk bepalen wat de meent in kwestie is. ‘Het klimaat’ lijkt dan niet het meeste geschikte uitgangspunt; de atmosfeer is volgens mij duidelijker. Alle mensen, alle landen, ‘gebruiken’ dezelfde atmosfeer: de zuurstofmoleculen die we vandaag inademen hingen gisteren honderden  kilometers ver van hier in de lucht; de koolstofdioxidemoleculen die we vandaag uitstoten hangen morgen honderden kilometers ver van hier in de lucht. De centrale vraag is dus: hoe kunnen we dit gebruik van de atmosfeer regelen?

De atmosfeer als uitgangspunt nemen verduidelijkt meteen ook dat de klassieke oplossingen niet kunnen werken. We kunnen de atmosfeer niet privatiseren. Overheidsregulering toepassen wordt, in afwezigheid van een mondiale overheid, ook een harde noot om te kraken. Aldus bekeken is de uitdaging van een honderdtal boeren die dezelfde Alpenweide gebruiken vergelijkbaar met de uitdaging van 200 landen die dezelfde atmosfeer gebruiken.

Volgend het tweede principe van Ostrom moeten de verdeelsleutels van de meent – of van het beheer van de meent – rekening houden met de noden van alle gebruikers. En precies daar lopen de onderhandelingen nu al decennia lang spaak. Dat we met zijn allen al meer koolstofdioxine in de atmosfeer pompen dan die kan verwerken – waardoor sommige landen zouden moeten afbouwen vooraleer andere landen zouden mogen opbouwen – maakt het er niet eenvoudiger op. Maar ook voor we dat punt bereikten slaagden de vertegenwoordigers van 200 landen er niet in om een verdeelsleutel overeen te komen. Het is ook niet eenvoudig. Vertrek je van een budget per persoon of een budget per land? (Per persoon ‘verbruikt’ België meer dan China, per land gemeten is het uiteraard omgekeerd.) Indien we per persoon gaan meten, mogen we dan verwachten dat landen zich aan een maximum aantal inwoners houden – en dat andere landen dat maximum voor elk land mee mogen bepalen? Hou je rekening met vroegere emissies die nog altijd in de atmosfeer hangen? Reken je de emissies voor aluminium geproduceerd in Mozambique maar gebruikt in België bij het ene of bij het andere land? Hebben landen die nog aan het begin van hun industrialisering staan recht op een groter budget – of net een kleiner budget, omdat ze het nog niet nodig hebben?

Volgens mij is het de plicht van ons allemaal, en voor juristen – vertrouwd met principes van rechtvaardigheid en met het smeden van regels daarvoor – in het bijzonder, om langer en dieper over die vragen na te denken. Al was het maar om kritisch na te denken over de eerstvolgende grafiek in de krant die de emissiecijfers per land weergeeft – onschuldig is die praktijk immers niet.

P.S. Voor de andere zes principes van Ostrom heb ik helaas geen plaats mee, maar je kan ze eenvoudig terugvinden op het internet – al zou ik haar boek Governing the commons absoluut aanraden.

VJV-column

2. ‘Rechterlijke onafhankelijkheid’ 

rechtspraak is een van de hoekstenen van de rechtsstaat. De rechterlijke onafhankelijkheid is stevig verankerd in de Belgische en Nederlandse rechtscultuur, maar zij is niet af. Bovendien laten recente ontwikkelingen in en buiten Europa zien dat het hoog houden van onafhankelijke rechtspraak niet vanzelfsprekend is.

Dit boek analyseert de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en de rechtspraak in Nederland en België. De auteurs benaderen die onafhankelijkheid vanuit diverse invalshoeken, zoals institutionele onafhankelijkheid, benoemingen, toedeling van zaken, individuele onafhankelijkheid en tuchtprocedures.

In een eerste hoofdstuk bespreken Paul Lemmens en Raf Van Ransbeeck de onafhankelijkheid van de rechter en de rechtsprekende macht in België. Ria Mortier formuleert in het tweede hoofdstuk enkele bedenkingen bij die analyse. Het derde hoofdstuk is van de hand van Tamara Trotman en Paul Bovend’Eert en bespreekt de rechterlijke onafhankelijkheid in Nederland: stevige waarborgen, maar ook kwetsbaarheden. In hoofdstuk vier volgt daarop een repliek van Marc de Werd.

De auteurs

Paul Lemmens, staatsraad, tot voor kort rechter aan het Europees Hof voor de Rechten van de Mens en em. hoogleraar aan de KU Leuven.

Raf Van Ransbeeck, raadsheer in het Hof van Beroep in Brussel, directeur van het Instituut voor Gerechtelijke Opleiding en docent aan de KU Leuven (campus Brussel).

Tamara Trotman, raadsheer in de Hoge Raad der Nederlanden en voorzitter van de stichting Rechters voor rechters.

Paul Bovend’Eert, hoogleraar Staatsrecht aan de Radboud Universiteit Nijmegen.

Ria Mortier, eerste advocaat-generaal bij het Hof van Cassatie.

Marc de Werd, senior raadsheer in het gerechtshof Amsterdam en hoogleraar Rechtspleging aan de Universiteit van Amsterdam.

Het boek kwam tot stand in samenwerking met de Nederlandse Juristenvereniging en de Vlaamse Juristenvereniging.

 

U kunt het boek rechtstreeks bestellen bij  LeA Uitgevers :  https://www.lea-uitgevers.be/shop/product/rechtonafh-rechterlijke-onafhankelijkheid-14040#attr=14642,14643,15251,14645

3. Blijf ook verder op de hoogte van de VJV-activiteiten!

Volg de Vlaamse Juristenvereniging via de VJV-webstek en op Facebook en LinkedIn,  en blijf zo op de hoogte van al onze activiteiten.

4. Lidmaatschap VJV

Wilt u ook dit jaar deel uitmaken van de enige juristenvereniging in ons land die alle scheidslijnen binnen de juridische wereld overstijgt? Dat is in deze tijden misschien nog belangrijker dan voorheen.

Als u dat wil doen, zijn we u erg dankbaar. U gelieve dan 50 € (als gewoon lid) of 125 € (als steunend lid)  te storten op rekening BE94 3631 5216 1314 van VJV-Organisatie vzw  en hier uw gegevens in te vullen.

Wij danken u bij voorbaat voor uw steun en kijken ernaar uit u te ontmoeten op onze najaarsactiviteiten.

Met vriendelijke groet

Frank Judo

Voorzitter VJV

Juridisch woord van het jaar – 29 juni 2023 – 19.30u Gent – KANTL

Bokitoproof. Comadrinken. Klimaatneutraal. Zeggen de drie woorden u nog iets? Of kent u hun onderling verband? In 2007 waren zij de top 3 bij de eerste verkiezing van het woord van het jaar, die georganiseerd werd door de redactie van Van Dale. Sindsdien is de aankondiging van het winnende trio een van de weinige zekerheden van het jaareinde geworden. Ook het kinder- en jeugdwoord van het jaar kennen we intussen als een zekerheid.

Als kinderen en tieners recht hebben op hun woord van het jaar, waarom zou dat dan anders zijn voor juristen? De Vlaamse Juristenvereniging wil haar rol als seismograaf van het juridische leven in Vlaanderen nog wat aanscherpen en lanceert daarom een  – naar ons weten – eerste sectorale verkiezing van een woord van het jaar, niet toevallig voor juristen.

Dat doet de vereniging echter niet alleen. Ze kan vooreerst rekenen op de gewaardeerde medewerking van het Rechtskundig Weekblad, dat een nieuwe dimensie geeft aan de goede samenwerking die al vele jaren bestaat.

Daarnaast is er de jury: die bestaat uit advocate Rosemarie De Man, VRT-journaliste Helen Goedgebeur, kamervoorzitter in het arbeidshof Gent Bruno Lietaert en ere-vrederechter Rudy Verbeke.

En wat de jury heeft beslist, kan u op donderdag 29 juni vernemen.

We spreken af om 19.30u in een verborgen parel, namelijk het gebouw van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren aan de Koningsstraat 19 in Gent. (bereikbaarheid: https://kantl.be/contact)

Na een welkomstwoord door VJV-voorzitter Frank Judo, reflecteren drie eminente juristen over de relatie tussen recht en taal.

Jurylid Rudy Verbeke vertelt over de ridder en de artiest, of de vriendschap tussen Fik en Pol. Als ik u zeg dat Fik niemand minder is dan René Victor, de motor van het Vlaamse juristenleven gedurende vele decennia, en Pol de dichter Paul van Ostaijen, dan weet u dat dit een verhaal met vonken wordt.

Vervolgens laat dr. Isabelle Bambust (UGent) haar licht schijnen over “Hoe taal en recht je leven verrijken”.

En dan is het woord aan de jury, die verslag uitbrengt van haar werkzaamheden en in stijl het allereerste juridische woord van het jaar proclameert.

Nadien heffen we het glas op dat nieuwe woord en sluiten we het werkjaar in vriendschap af.

Wil u erbij zijn?

Aanmeldformulier 'Juridisch woord van het jaar' - 29 juni 2023

Aanmeldformulier 'Juridisch woord van het jaar' - 29 juni 2023

Juridisch woord van het jaar - 29 juni 2023

Bezig met versturen

Volg de Vlaamse Juristenvereniging op Facebook – Linkedin en blijf zo op de hoogte van al onze activiteiten.

Met vriendelijke groet

Frank Judo

voorzitter VJV

Mis deze unieke kans niet! Stuur ons nog vandaag uw inzending voor het ‘Juridisch woord van het jaar’!

Mis deze unieke kans niet!

Stuur ons nog vandaag uw inzending voor het ‘Juridisch woord van het jaar‘!

Als juristen zijn wij elke dag bezig met taal en woorden. Oude woorden en nieuwe woorden. Soms is er zo een woord dat zich plots opdringt in ons taalgebruik. Dat is dan een goede kandidaat om “juridisch woord van het jaar” te worden. Ik denk dan bijvoorbeeld aan… neen, dat mag ik niet verklappen.

Welke woorden hebben u in het jaar 2022-23 getroffen in uw juridische bezigheden? Hebt u een voorstel? We kijken er naar uit!

Bezorg ons uw voorstel via secretariaat@vjv.be, uiterlijk op 11 juni a.s.. En als u ons uw contactgegevens meedeelt, maakt u ook kans op een mooie prijs nadien.

Een onafhankelijke jury, die bestaat uit advocate Rosemarie De Man, VRT-journaliste Helen Goedgebeur, kamervoorzitter in het arbeidshof Gent Bruno Lietaert en ere-vrederechter Rudy Verbeke beoordeelt dan alle voorstellen.

Ook benieuwd naar het eerste “juridisch woord van het jaar”?  Op 29 juni bent u welkom voor de bekendmaking ervan in een verborgen parel, de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren in Gent. Eerstdaags ontvangt u het volledig programma van die avond.

Volg de Vlaamse Juristenvereniging op Facebook – Linkedin en blijf zo op de hoogte van al onze activiteiten.

Met vriendelijke groet

Frank Judo

voorzitter VJV

__PRESENT__PRESENT__PRESENT__PRESENT__PRESENT__PRESENT__PRESENT

VJV-Nieuwsbrief 2023/05 column Sven Lievens - Recht als facilitator van vooruitgang

Vorige maand kon u op onze VJV-webstek en op onze sociale media kennis maken met de nieuwe rubriek van onze vereniging: de columns. De teksten zijn van de hand van een kwartet columnisten die zo vriendelijk waren een uitnodiging van ons bestuur te aanvaarden. Ze spreken uit eigen naam, maar we weten dat ze iets te vertellen hebben dat hun persoonlijk perspectief ver overstijgt. Zij dragen bij tot een reflectie over de vraag wat recht met onze maatschappij doet en dagen uw omgang met het recht maandelijks uit vanuit verschillende invalshoeken.

De eerste column van de hand van Gorik Ooms (beleidsadviseur bij HERW!N en mensenrechtenexpert verbonden aan de Universiteit Gent)  wierp een blik op de vraag  welke “op regels gebaseerde internationale orde” we willen.

Nu vestigt Sven Lievens (Mandaatassistent aansprakelijkheidsrecht en risicoverzekeringen, Universiteit Antwerpen) onze aandacht op het recht als facilitator van vooruitgang.

Recht als facilitator van vooruitgang

Sven Lievens, Mandaatassistent aansprakelijkheidsrecht en risicoverzekeringen, Universiteit Antwerpen

2023/05

Doembeelden, onheilspellende berichten en onzekerheid lijken schering en inslag in onze dagelijkse levens. Via schreeuwerige berichten op ‘sociale’ media kunnen we niet ontkomen aan hoe verschrikkelijk de wereld er aan toe is. De wereld werd een dorp, waarin we ons vrijelijk kunnen bewegen, als ware het een fietstocht van Oostende tot Blankenberge. Als we al die wereldse gevaren via oplichtende schermen onder onze neus geschoven krijgen, is het niet moeilijk dat we van de gedachte doordrongen zijn dat gevaar en instabiliteit achter elke hoek schuilgaan. Het leidt bij vele mensen tot begrijpelijke vormen van pessimisme en defaitisme.

Toch blijkt die angst onnodig. De wereld was nog nooit zo veilig, de kindersterfte nooit zo laag, de algemene welvaart nooit zo hoog. Optimism is a moral duty, maar ook de feiten treden die morele plicht bij. Dat betekent uiteraard niet dat dit tijdsgewricht – overigens net als alle voorgaande – met belangrijke uitdagingen wordt geconfronteerd. Klimaatverandering, polarisatie, de rol van artificiële intelligentie, bescherming van de democratie en de mensenrechten, de strijd tegen eenzaamheid, … De voorbeelden zijn legio en elke realist kan en mag deze niet ontkennen.

Recht kan net daar optreden als facilitator van vooruitgang en als schriftelijke weerslag van vooruitgangsdenken. Recht mag dan wel geen kant-en-klare oplossing bieden voor de hedendaagse uitdagingen, het heeft wel als ordeningsmechanisme van de samenleving een scheppende en performatieve kracht. Het verandert de wereld door te zijn, minstens zet het aan tot verandering. Het geeft uiting aan gedeelde waarden, aan wat ons verbindt over generaties heen. Recht is schatplichtig aan zij die ons voorgingen, dienstbaar aan zij die nu zijn en indachtig wie komen zal.

Recht als ordeningsmechanisme heeft, ten eerste, de kwaliteit om de geschikte balans aan te geven tussen zekerheid en flexibiliteit om een stabiel ondernemings- en investeringsklimaat te creëren. Het moet de kaders aanreiken waarbinnen de oplossingen van de toekomst kunnen worden gevonden. Zo behoort het recht bijvoorbeeld de omkadering te bieden waarbinnen innovatieve technieken kunnen floreren of kan het via een vergunnings- en belastingbeleid het gedrag van mensen richting geven. De afwezigheid van een dergelijk kader leidt tot stilstand en onzekerheid. De stikstofcrisissen in Nederland en Vlaanderen waren daarvan duidelijke illustraties.

Recht behoort, ten tweede, op tijdige en preventieve wijze de grenzen af te bakenen van het toelaatbare. Het is de taak van wetgevers om de uitdagingen die op ons afkomen op voorhand te capteren en een helder beleid te voeren gebaseerd op wetenschap én ethiek. Zo dient het regelgevend kader rond artificiële intelligentie de mogelijke gevaren af te wenden en misbruik te beteugelen. Een heldere set aan afspraken kan de bevolking geruststellen waardoor de positieve eigenschappen van nieuwe technologieën sneller worden omarmd. Tegelijkertijd moet men zich behoeden dat te stringente rechtsregels de brede uitrol van bepaalde technologie vertragen. Neem het voorbeeld van productaansprakelijkheid: het is nuttig dat door een dreigende aansprakelijkheid producenten van innovatieve technologieën een financiële incentive krijgen om hun producten zo veilig mogelijk op de markt te brengen, tegelijkertijd kan de snellere beschikbaarheid van de nog niet afgewerkte technologie nuttiger zijn voor de samenleving en zelfs levens redden. Een rechtseconomische benadering met een afweging van zowel het risico als het nut voor de samenleving om tot aansprakelijkheid te besluiten, zou innovatie kunnen stimuleren.

Ten derde kan recht de maatschappij tevens ten goede komen door op doordachte wijze niet toepasselijk te zijn. Zo kunnen regelvrije of regelarme zones, de zogenaamde regulatory sandboxes, de optimale omstandigheden creëren om welvaart, gezondheid en vooruitgang te bewerkstelligen. Door een vernieuwende techniek onder een regelarme stolp te plaatsen, zal het potentieel ervan veel sneller tot wasdom komen. Ook deregulering, het opheffen van bestaande regels, hoort in datzelfde rijtje thuis. Door te schrappen wat niet langer past, snijden we het juridische kader beter toe op de huidige samenleving. Het vermindert de externe kosten inzake compliance en versterkt daarbij het vrije initiatief.

Ten slotte mag de symbolische werking van recht niet worden onderschat in haar vermogen tot vooruitgangsdenken. Zo vormen soft law documenten vaak de symbolische demarcatielijnen waarbinnen latere oplossingen zullen worden gevonden. Niet enkel omdat soft law vaak via open normen juridisch bindend kan worden, maar ook omdat het de schriftelijke weerslag vormt van de meest fundamentele ethische, filosofische of anderszins wetenschappelijke basisinzichten die een probleem kunnen oplossen. Daarenboven draagt symboliek ook bij tot ingebeelde gemeenschappen. Zo biedt, op gemeentelijk niveau, een regenboogzebrapad inzicht in wie we willen zijn teneinde te zullen zijn. Hetzelfde geldt voor een preambule in een grondwet. Het vormt de basisidee hoe we samen een toekomstverhaal zullen schrijven.

Afsluitend dient te worden benadrukt dat de wereld niet compleet maakbaar is. Niet iedereen zal zich steeds aan regels houden, niet iedereen deelt de veruitwendigde waarden in symbolische regels. Het is dan ook van belang in het achterhoofd te houden dat een concrete wereld niet volledig te vatten is in een abstracte rechtsregel en bijgevolg het streven naar het nulrisico niet alleen onrealistisch, maar ook onwenselijk is. Wel mogelijk is om kosten en baten helder af te wegen, uitdagingen op tijdige en preventieve wijze waar te nemen en op basis daarvan stap voor stap de kaders aan te reiken waarbinnen oplossingen mogelijk zijn. Recht fungeert in dat proces, soms praktisch ordenend en soms symbolisch, als facilitator van vooruitgang en vooruitgangsdenken. Het bewustzijn daarover mag gerust nog wat groeien.

Blijf verder op de hoogte van de VJV-activiteiten!

Volg de Vlaamse Juristenvereniging via onze webstek en op Facebook – Linkedin,  en blijf zo op de hoogte van al onze activiteiten.

Helpt u ons het allereerste “juridische woord van het jaar” te verkiezen? Voor alle verdere informatie: https://www.vlaamsejuristenvereniging.be/vjv-nieuwsbrief-columns-juridisch-woord-van-het-jaar/.

Wilt u ook dit jaar deel uitmaken van de enige juristenvereniging in ons land die alle scheidslijnen binnen de juridische wereld overstijgt? Dat is in deze tijden misschien nog belangrijker dan voorheen.

Als u dat wil doen, zijn we u erg dankbaar. U gelieve dan 50 € (als gewoon lid) of 125 € (als steunend lid)  te storten op rekening BE94 3631 5216 1314 van VJV-Organisatie vzw  en hier uw gegevens in te vullen.

Wij danken u bij voorbaat voor uw steun en kijken ernaar uit u te ontmoeten op 29 juni in Gent voor de bekendmaking van het “juridische woord van het jaar”.

Met vriendelijke groet

Frank Judo

voorzitter VJV

__PRESENT__PRESENT__PRESENT__PRESENT__PRESENT__PRESENT__PRESENT

Columns - Juridisch woord van het jaar

Een nieuwe lente en meteen twee nieuwe geluiden!

Het behoort allicht tot onze cultuur om te sakkeren over het weer, en dat is dit jaar niet anders. De lente komt te laat – maar ik heb nog nooit gehoord dat ze te vroeg zou komen.

Daarop alludeerde Herman Gorter meer dan een eeuw geleden al in zijn beroemde maar amper nog gelezen gedicht “Mei”. De lente kondigt nieuw leven aan, nieuwe ideeën en nieuwe kracht.

Dat is in juristenland niet anders. Van de Vlaamse Juristenvereniging krijgt u zelfs twee primeurs in een enkele nieuwsbrief.

1. Juridische columns

Zoals u weet, wil onze vereniging de discussie over het recht en de samenleving aanzwengelen, met alle mogelijke middelen. Ons voornaamste instrument daarvoor is te vinden in onze activiteiten. Of we nu fysiek of virtueel verzamelen, keer op keer proberen we mensen aan het denken te zetten over de vraag wat recht met onze maatschappij doet.

Nu zetten we echter een extra stap. Vanaf nu zal u elke maand op de sociale media van de Juristenvereniging een column kunnen vinden, waarin wordt bijgedragen aan die reflectie. Die teksten zijn van de hand van een kwartet columnisten die zo vriendelijk waren een uitnodiging van ons bestuur te aanvaarden. Ze spreken uit eigen naam, maar we weten dat ze iets te vertellen hebben dat hun persoonlijk perspectief ver overstijgt.

Grote dank dus aan Gorik Ooms (beleidsadviseur bij HERW!N en mensenrechtenexpert verbonden aan de Universiteit Gent), Sven Lievens (Mandaatassistent aansprakelijkheidsrecht en risicoverzekeringen, Universiteit Antwerpen), Gerhard Hoogers (Universitair hoofddocent staatsrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen en honorair hoogleraar vergelijkend staatsrecht aan de Carl von Ossietzky-Universität Oldenburg) en Sanne De Clerck (Advocate aan de balie Antwerpen, specialiste strafrecht). Zij zullen ervoor zorgen dat uw omgang met het recht maandelijks vanuit verschillende invalshoeken wordt uitgedaagd.

Als u uw nieuwsgierigheid niet kan bedwingen, hebt u groot gelijk. Spoed u naar onze sociale media: Linkedin en Facebook!

2. Juridisch woord van het jaar

Elk jaar rond Kerstmis is het zo ver: we weten welk woord zich mag tooien met het epitheton “van het jaar”. Het Genootschap Onze Taal verkiest er eentje, ook de redactie van Van Dale Woordenboek en Ketnet verkiest zelfs een jongeren- en een kinderwoord van het jaar. Als juristen zijn ook wij elke dag bezig met taal en woorden. Oude woorden en nieuwe woorden. Soms is er zo een woord dat zich plots opdringt in ons taalgebruik. Dat is dan een goede kandidaat om “juridisch woord van het jaar” te worden. Ik denk dan bijvoorbeeld aan… neen, dat mag ik niet verklappen.

Want inderdaad, pas op 29 juni wordt bekendgemaakt welk woord zich als eerste “juridisch woord van het jaar” mag noemen. U hoort er nog meer van, maar ik kan u al verklappen dat we te gast zullen zijn in een verborgen parel, de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren in Gent.

Eerst is het echter aan u om te werken. We hebben namelijk voorstellen nodig, liefst veel voorstellen. Woorden die u in het jaar 2022-23 getroffen hebben in uw juridische bezigheden, mag u melden bij ons secretariaat op het adres secretariaat@vjv.be, uiterlijk op 10 juni a.s.

Dan wordt alles voorgelegd aan een onafhankelijke jury, die bestaat uit  advocate Rosemarie De Man, VRT-journaliste Helen Goedgebeur, kamervoorzitter in het arbeidshof Gent Bruno Lietaert en ere-vrederechter Rudy Verbeke. En als u ons uw contactgegevens meedeelt, maakt u ook kans op een mooie prijs nadien.

Helpt u ons het allereerste “juridische woord van het jaar” te verkiezen?

3.  Hoe word je lid van het VJV ?

Wil u ook dit jaar deel uitmaken van de enige juristenvereniging in ons land die alle scheidslijnen binnen de juridische wereld overstijgt? Dat is in deze tijden misschien nog belangrijker dan voorheen.

Als u dat wil doen, zijn we u erg dankbaar. U gelieve dan 50 € (als gewoon lid) of 125 € (als steunend lid)  te storten op rekening BE94 3631 5216 1314 van VJV-Organisatie vzw  en hier uw gegevens in te vullen.

Wij danken u bij voorbaat voor uw steun en kijken uit naar uw voorstellen voor het ‘juridisch woord van het jaar’.

Volg de Vlaamse Juristenvereniging op Facebook – Linkedin en blijf zo op de hoogte van al onze activiteiten.

Met vriendelijke groet

Frank Judo

voorzitter VJV

Recht en complexiteit 26 april 2023 - Juristenreis Washington DC - Dag van de Rechtsstaat

Woensdag 26 april 2023 online (hieronder vindt u de presentaties van die dag)

Zijn juristen de enigen die beter worden van de complexiteit van het recht? Kan een  complexe samenleving niet overeind blijven zonder complexe regels? Brengt het recht net enige begrijpelijkheid in de chaos van de maatschappij? De inleiders-ervaringsdeskundigen noopten de deelnemers tot actief denkwerk en discussie.

 

Professor Frederik Peeraer (Universiteit Gent) onderlijnde de subjectieve ervaring van onberekenbaarheid en onvoorspelbaarheid door gebrek aan eenvormigheid.  Hij overliep de  oorzaken van de deparlementarisatie om te komen tot (pogingen tot) oplossingen.  Het is de taak van de rechtsdogmatiek om de coherentie te bevorderen. Valt deparlementarisatie te ondervangen door reparlementarisatie?  Kwaliteitszorg  noopt tot proceduralisering van regelgevingsproces: notice and comment procedure.  Peeraer Frederik 230426_RechtEnComplexiteit_FP     

De Amsterdamse advocaat Mr Erwin Noordover stelde de vraag wanneer besluitvorming complex is. Hij verwees hierbij o.m. naar het Jaarverslag van de Nederlandse Raad van State 2022: • “De maatschappelijke opgaven zijn niet alleen urgent, maar ook ingewikkeld. Deze complexiteit vloeit voort uit de samenhang van vraagstukken die vaak op elkaar inwerken, zoals binnen het ruimtelijk domein. Maar ook uit soms nodeloos ingewikkelde regelgeving die te weinig rekening houdt met de vraag of beleid wel kan worden uitgevoerd en of burgers kunnen begrijpen en doen wat van ze wordt gevergd.” Na een omschrijving van de belangen en het draagvlak,  ging hij in op het beleid en de regelgeving (bv stikstofdossier, omgevingsrecht), en het belang van wetenschappelijke kennis & zorgvuldigheid. Noordover Erwin 20230427 Vlaamse juristenvereniging complexe besluitvorming

Voorzitter F. Judo dankte de sprekers en de deelnemers voor de interactieve, boeiende en leerzame avond, die aanleiding geeft tot verdere discussies.

1. Recht en complexiteit

Een onontwarbare knoop?

Woensdag 26 april 2023 om 20u, online

Zegt u niet dat het u nog nooit is overkomen. Minstens één niet-jurist heeft u al op verwijtende toon aangesproken en geponeerd dat het er u en uw soortgenoten enkel om te doen is om de wereld moeilijker te maken. Misschien werd zelfs met een malicieus glimlachje toegevoegd dat de enigen die beter worden van dergelijke complexiteit de juristen zelf zijn.

Op hun beurt werpen die dan tegen dat een complexe samenleving niet overeind kan blijven zonder complexe regels. Sterker nog, het recht zou enige begrijpelijkheid brengen in de chaos van de maatschappij. En zo blijft iedereen in zijn grote gelijk.

De discussie over recht en complexiteit is allesbehalve nieuw. Alle codificatiebewegingen, of die nu door de absolute vorsten van de zestiende eeuw of door de revolutionairen van de achttiende in gang werden gezet, presenteerden zichzelf als een antwoord op de onbeheersbaar geworden complexiteit van het recht.

Vandaag is complexiteit wel het onderwerp van gezucht, maar amper het voorwerp van reflectie. Hebben we ermee leren leven? De Vlaamse Juristenvereniging heeft niet de gewoonte er het bijltje bij neer te leggen en doet dus een poging om de verhouding tussen juridische en maatschappelijke complexiteit helder te krijgen.

Daarbij kan ze rekenen op hulp van formaat. Professor Frederik Peeraer is aan de Universiteit Gent betrokken bij het Centrum voor Grondslagen en Methoden van het Privaatrecht. Hij doceert er onder meer rechtstheorie en heeft een klare blik op het functioneren van het recht in onze samenleving. Hij is echter ook ervaringsdeskundige, vermits hij als lid van de beleidscel van de Minister van Justitie betrokken was bij de redactie van het nieuwe Burgerlijk Wetboek.

Ook een ervaringsdeskundige is de Amsterdamse advocaat Mr Erwin Noordover. Hij heeft een jarenlange ervaring in het omgevings- en energierecht – niet toevallig domeinen waar het courant over “complexe projecten” gaat. Al in 2013 was hij preadviseur voor de Nederlandse Vereniging voor Bestuursrecht rond het thema “Een duiding van complexe besluitvorming en een voorstel voor de beoordeling van complicerende factoren”. Tien jaar later lijkt het moment gekomen om het thema opnieuw te bekijken.

Aanmelden graag via secretariaat@vjv.be met uw naam en functie. U krijgt dan een link doorgestuurd die u toelaat deel te nemen aan deze activiteit.

Deze activiteit is gratis.

Programma:

20.00u: Welkom door Frank Judo, voorzitter Vlaamse Juristenvereniging

20.05u: Prof. Dr Frederik Peeraer (UGent)

20.25u: Mr Erwin Noordover (Newground)

20.45u: Vragen en bedenkingen uit de virtuele zaal

21.30u: Slotbedenkingen

2. Juristenreis – Washington DC en omgeving

28 oktober-5 november 2023

Zoals ieder jaar organiseert de vereniging een studiereis voor haar leden. Deze studiereis omvat een stadsbezoek van 3 dagen aan de regeringszetel van de Verenigde Staten, een statige stad met weidse lanen en monumentale openbare gebouwen die trots en ambitie weerspiegelen. Washington DC ligt in het hart van het koloniale land waar de revolutie begon en tal van gebeurtenissen plaatsvonden. Passend dat we van deze studiereis gebruik maken om gedurende vier dagen een rondreis te maken langs historische steden in Pennsylvania (Philadelphia, Lancaster, Gettysburg) en Virginia (Charlottesville, Richmond, Williamsburg, Yorktown). Zo maken we de tocht van kolonie naar onafhankelijke staat.

Voor de reisvoorstelling,  zie  https://www.vlaamsejuristenvereniging.be/vjv-juristenreizen/ .

3. 4de Dag van de Rechtsstaat

       Strijd om de rechtsstaat

        Stadsschouwburg in Mechelen – 18 april 2023

Traditiegetrouw ondersteunt de Vlaamse Juristenvereniging dit initiatief enthousiast.

Programma:

20.00u Minister van Justitie Vincent Van Quickenborne: Belang van de rechtsstaat.

20.20u Prof. Em. Chris barones Van Den Wyngaert: Nergens blijkt de rechtsstaat definitief verworven.

21.00u Stefan Hertmans: Antigone en de ongeschreven wet.

21.40u Yousra Benfquif – mensenrechtenjuriste.

21.55u Slotbeschouwingen

Voor alle verdere informatie en  inschrijving: http://www.dagvanderechtsstaat.be/ – https://www.dagvanderechtsstaat.be/inschrijving/

     4.  Hoe word je lid van het VJV ?

Wil u ook dit jaar deel uitmaken van de enige juristenvereniging in ons land die alle scheidslijnen binnen de juridische wereld overstijgt? Dat is in deze tijden misschien nog belangrijker dan voorheen.

Als u dat wil doen, zijn we u erg dankbaar. U gelieve dan 50 € (als gewoon lid) of 125 € (als steunend lid)  te storten op rekening BE94 3631 5216 1314 van VJV-Organisatie vzw  en hier uw gegevens in te vullen.

Wij danken u bij voorbaat voor uw steun en kijken ernaar uit u te ontmoeten op 26 april of een van onze andere activiteiten.

Met vriendelijke groet

Frank Judo

voorzitter VJV

Recht en muziek, twee wegen naar harmonie – Gent, vrijdag 9 december 2022

Recht en muziek, een boeiende, fantastisch gevarieerde avond, 

een ware harmonie tussen recht en muziek.

Gent, Orpheusinstituut, 9 december 2022

Met Geerten Verberkmoes kwamen we in terecht in de tijd van de Verlichting. De Franse notaris Boussu koos voor een carrièreswitch en werd vioolbouwer in de Lage Landen.

O.m. een CT-studie en scanner brachten ons in het hart van  de instrumenten van Boussu, en wezen zo de weg naar de opbouw van een replica ervan door Verberkmoes. Natuurlijk kon een illustratie met muziek niet ontbreken.

Stefaan Voet loodste allen op een adembenemende wijze doorheen talloze opera’s doorspekt met juridische dilemma’s. Het publiek hing aan zijn lippen terwijl hij dit alles ook telkens terugkoppelde aan de juridische werkelijkheid van vandaag.

Tussendoor was het heerlijk luisteren naar (en soms stil mee neuriën met) het fluitkwartet met ere-notaris Axel de Schrijver met    onsterfelijke fragmenten uit de ‘Toverfluit’ van W.A. Mozart.

Aan de Rotterdamse universiteit laat Emese von Boné  rechtenstudenten kennis maken en openbloeien via de opera Carmen.

Emmanuel Verraes ging in op zijn specialisatie in intellectuele eigendomsrechten voor muzikanten.

Davy De Laeter duidde eenieder op de problemen van vzw’s, muzikanten en  spelers in het culturele veld om hun weg te vinden door de juridische hindernissenloop.

Tenslotte lichtte Peter Dejans, directeur van het Orpheusinstituut het bestaan en het belang toe van dit toonaangevend Europees centrum voor artistiek onderzoek in muziek en drijvende kracht voor nieuwe ontwikkelingen in de artistieke praktijk.

Na het panel en als afsluiter bracht  de eigen band “Legal and Loud” van de Gentse rechtenfaculteit het publiek ook zelf  interactief in vervoering met Halleluja (Leonard Cohen), Fever (Peggy Lee), Mia (Gorki) en Venus (Shoking Blue).

Voorzitter Frank Judo sloot op zijn eigen inspirerende wijze deze fantastische avond af.  Hij bedankte ook Katelijne Boon (Klara) die de avond op een zeer aangename professionele manier aan elkaar praatte.  Als slotakkoord van de avond was er de receptie met gezellige babbels tussen publiek, sprekers en muzikanten.

NIEUWSBRIEF

Recht en muziek, twee wegen naar harmonie

Gent, Orpheusinstituut,  vrijdag 9 december 2022, 19.30u

Waren het de vele barokcomponisten die hun artistieke bezigheden lieten volgen op een studie in de rechten die als eerste het signaal gaven? Of was het Felix Mendelssohn, die zijn ouverture “Midzomernachtsdroom” schreef op de banken van de Berlijnse juridische faculteit, om de verveling tijdens de lessen Romeins recht te verdrijven? Of was het Joseph Haydn, die zijn ontspanningsmuziek de toch enigszins misleidende titel “Cassation” meegaf?

Allicht zijn er nog meer bruggetjes te vinden tussen het recht en de muziek, maar vaak is het net het contrast tussen beide cultuurfenomenen dat bijdraagt tot hun onderlinge verrijking. Hoeveel juristen bewaren hun geestelijk evenwicht niet door het koesteren van een andere wereld, die ze vaak in de muziek weten te vinden? En misschien inspireert de muziek net hun juridisch functioneren?

Geerten Verberkmoes weet alvast dat het recht tot alles leidt, als je er maar uit wegraakt. Hij promoveerde recent over Benoît Joseph Boussu, een notaris uit Noord-Frankrijk die in de achttiende eeuw vioolbouwer werd in Brussel. Stefaan Voet kennen we niet enkel als een specialist in het gerechtelijk recht, maar ook als een gedreven operaliefhebber. Hij vertelt over de raakvlakken tussen zijn beide passies.

Vervolgens gaan we in gesprek met nog drie mensen die een juridisch-muzikaal dubbelleven leiden. Professor Emese von Boné kennen we van haar spitsvondige “amuses” in de Nederlandse juridische pers, waarin ze recht en opera bij elkaar brengt. Emmanuel Verraes maakte van zijn passie zijn beroep door zich als advocaat te specialiseren in intellectuele eigendomsrechten, vooral toegespitst op muziek. Davy De Laeter helpt al vele jaren spelers in het culturele veld om hun weg te vinden door de juridische hindernissenloop.

Praten is zilver, luisteren is goud. Dat doen we naar twee ensembles met een juridisch kantje. Ere-notaris Axel de Schrijver brengt voor de gelegenheid een fluitkwartet samen dat ons terugneemt naar de tijd van Boussu. De Gentse rechtenfaculteit beschikt voorwaar over een eigen band “Legal and Loud”, die op 9 december de straat oversteekt en naar het Orpheus Instituut komt. En niet te vergeten: uw gastvrouw die avond is Katelijne Boon, bij wie muziekliefhebbers zich thuis voelen.

Leun dus achterover en luister, en wees er vooral bij op 9 december.

Programma:

19.00 u: Ontvangst met koffie en thee

19.30u: Verwelkoming door Frank Judo (Vlaamse Juristenvereniging)

19.35 u: Geerten Verberkmoes : Van notaris tot vioolbouwer – het traject van Benoît Joseph Boussu

20.05u: Muzikaal intermezzo

20.15u: Stefaan Voet (KU Leuven): Recht en opera, een vruchtbare dialoog

20.45u: Muzikaal intermezzo

20.55: Panelgesprek met Emese von Boné (Erasmus Universiteit Rotterdam), Emmanuel Verraes (balie Brussel) en Davy De Laeter (VZW-Kliniek), onder leiding van Katelijne Boon (Klara)

21.30u: Muzikaal intermezzo

21.40u: Slotwoord door Peter Dejans, directeur van het Orpheus Instituut

21.45u: Muzikale apotheose

23.00u: Afsluiting

 

Praktische informatie

Plaats: Orpheus Instituut, Korte Meer 12, 9000 Gent  (bereikbaar met het openbaar vervoer, en voor de auto zijn de ondergrondse parkings Korte Meer en Kouter op wandelafstand).

Organisatie: Yolanda Vanden Bosch, Kris Moeremans, Elisabeth Alofs, Ann Apers, Raf van Ransbeeck

Inschrijving en betaling:

Rechtstreekse inschrijving kan via de VJV-webstek (https:/www.vlaamsejuristenvereniging.be/recht-en-muziek-twee-wegen-naar-harmonie-gent-vrijdag-9-december-2022/ ) of door het inschrijvingsformulier terug te sturen op secretariaat@vjv.be.

Deelnamesom:  45 euro persoon (VJV-lid of gelijkgestelde) of 60 euro per persoon (GEEN VJV-lid of gelijkgestelde) stort je op rekening VJV BE94 3631 5216 1314 met vermelding ‘Recht en muziek – 9 december 2022’ en ‘uw naam’.

Het maximale aantal aanwezigen is 80.

Vlaamse Juristenvereniging, Tel.: 0476/89.70.08, e-post: secretariaat@vjv.be.

Met uw inschrijving voor als lid stemt u er ook mee in dat de VJV u zijn nieuwsbrief toestuurt en verstrekt u de hiertoe noodzakelijke persoonsgegevens (mailadres, naam). Door het verstrekken van deze gegevens stemt u met de verwerking ervan in. De nieuwsbrief informeert u over de vereniging en haar activiteiten. Tevens stemt u in met de verwerking van de overige met het oog op uw deelname aan de betrokken activiteit noodzakelijke gegevens.  De VJV bewaart uw gegevens zolang u ingeschreven bent op de nieuwsbrief respectievelijk zolang vereist voor de activiteit waarvoor u  zich inschrijft. U kunt zich op ieder ogenblik meedelen dat u de nieuwsbrief niet meer wil ontvangen. Dit kan door een mail naar secretariaat@vjv.be te sturen. VJV behandelt de door u verstrekte gegevens zorgvuldig en in overeenstemming met de toepasselijke regelgeving. Bekommernissen betreffende uw gegevens (bezwaar, correctie, intrekking toestemming, inzage…) kan u mailen naar secretariaat@vjv.be. De houder van het bestand is VJV-Organisatie VZW, Stoopstraat 1, bus 10, 2000 Antwerpen. Het VJV-secretariaat is de verantwoordelijke voor de verwerking van uw persoonsgegevens (mail: secretariaat@vjv.be). Klacht tegen de verwerking van uw persoonsgegevens kan u indienen bij de Gegevensbeschermingsautoriteit.

Rechterlijke onafhankelijkheid: gezamenlijke themamiddag VJV en NJV in Antwerpen op 7 oktober 2022

Rechterlijke onafhankelijkheid:  gezamenlijke themamiddag VJV en NJV in Antwerpen op 7 oktober 2022

Op een zonovergoten vrijdagmiddag 7 oktober 2022 vond in Antwerpen een zeer geslaagde themamiddag van de VJV en de NJV samen plaats over onafhankelijke rechtspraak.

Raf van Ransbeeck en Paul Lemmens schreven een paper over België en Paul Bovend’eert en Tamara Trotman over Nederland.

De rechterlijke onafhankelijkheid is stevig verankerd in beide rechtsculturen, maar er zijn zeker ook kwetsbaarheden.

Aan het wegwerken ervan mag in beide landen sneller en serieuzer gewerkt worden dan tot nu toe, al was het maar omdat GRECO dat van de Lage Landen vraagt. Benoemingen, onverenigbaarheden, zaakstoedeling, externe en interne onafhankelijkheid lenen zich voor verbetering.

                                 

Fraaie reacties op de papers kwamen van Ria Mortier (onafhankelijkheid is er in eerste instantie voor de samenleving) en Marc de Werd (een zekere verantwoordelijkheid van de minister van Justitie is niet per definitie een inbreuk op de onafhankelijkheid).

Daarna ontspon zich een boeiende discussie met een betrokken zaal. De bijeenkomst werd besloten met een gezamenlijk diner. Op de website van de Vlaamse en de Nederlandse Juristenvereniging worden binnenkort de papers geplaatst.

In een rechtsstaat is de onafhankelijke positie van de rechtspraak van eminent belang. Zijn er kwetsbaarheden als het gaat om benoemingen, toedeling van zaken, individuele onafhankelijkheid, tuchtprocedures e.d.?

De VJV en NJV zijn verheugd dat zij vier inleiders bereid hebben gevonden een bijdrage te leveren in de vorm van een paper en een inleiding tijdens de bijeenkomst:

– Paul Lemmens, staatsraad, en tot voor kort rechter aan het Europees Hof voor de rechten van de Mens en em. hoogleraar aan de KU Leuven;

– Raf van Ransbeeck, raadsheer Hof van Beroep in Brussel en directeur Instituut voor Gerechtelijke Opleiding (de Vlaamse counterpart van SSR).

– Tamara Trotman, raadsheer bij het Gerechtshof in Den Haag, ook voorzitter van de stichting Rechters voor rechters.

– Paul Bovend’Eert, hoogleraar Staatsrecht Radboud Universiteit Nijmegen.

Respondenten

Ria Mortier, eerste advocaat-generaal Hof van Cassatie, Brussel.

Prof. dr. mr. M.F.J.M. (Marc) de Werd, hoogleraar Europese Rechtspleging en senior-raadsheer bij Gerechtshof Amsterdam. Lid van de Consultative Council of European Judges van de Raad van Europa (Straatsburg).

 

Save the date: Boekvoorstelling B.Hubeau 'Albert Camus' - 28 september 2022, De Studio, Antwerpen.

Save the date: woensdagavond 28 september 2022, De Studio, Antwerpen.

Bernard Hubeau : Op zoek naar gerechtigheid. Recht en onrecht bij Albert Camus

De VJV organiseert i.s.m. UCSIA en Die Keure een boeiende avond rond het boek van Bernard Hubeau : Op zoek naar gerechtigheid. Recht en onrecht bij Albert Camus (Die Keure, 2022, 622 p.).

In Zomergasten in het Lab tipt Eric Dirix, sectievoorzitter in het Hof van Cassatie, em. hoogleraar insolventierecht en rechtsvergelijking aan de KU Leuven en spiritus movens van het nieuwe BW dit boek als ‘een meesterwerk waarin het leven en werk van Albert Camus en diens visieop mens en maatschappij op briljante wijze worden beschreven.’ (https://corporatefinancelab.org/2022/07/08/zomergasten-in-het-lab-lectuurtips-door-eric-dirix/#more-16452​)

Verdere informatie volgt.

VJV Nieuwsbrief Recht & media _ Provinciehuis Provincie Antwerpen, woensdag 11 mei 2022


Recht en media

Antwerpen, Provinciehuis Provincie Antwerpen, woensdag 11 mei 2022

Hoewel we elkaar zeker niet hebben losgelaten tijdens de pandemie, is het lang, al te lang gelden dat we elkaar nog zagen, écht zagen. Tijd dus voor een blij weerzien, dat in alle betekenissen van het woord een feest moet zijn: van het weerzien, van de blijdschap én van het recht. En zoals het de Vlaamse Juristenvereniging past, doen we dat met een kleine omweg, die ons ditmaal langs de media leidt.

Ook voor, maar zeker sinds de woorden pandemie en lockdown tot ons vocabularium zijn gaan behoren, duikt het begrip fake news steeds meer op in de dagelijkse berichtgeving. Er bestaat een vrij ruime consensus over het feit dat dit fenomeen de laatste jaren is toegenomen, maar van die consensus blijft niet zo heel veel over als de vraag wordt gesteld waar het vandaan komt en hoe ermee moet worden omgegaan.

Die vragen worden misschien nog een stukje delicater, wanneer de focus wordt gericht op recht en rechtsstatelijkheid. Beoogt fake news vooral het politieke leven te sturen, of richt het ook zijn pijlen om de rechtsbedeling? Kan een overheid maatregelen nemen om de verspreiding van dergelijke nieuwtjes te begeleiden of zelfs te verbieden, of gaan we dan regelrecht in de richting van Orwells ministerie van waarheid?

U ziet het, een netelige kwestie waarop geen juiste antwoorden lijken te bestaan – en precies daarom het bespreken waard. Dat doen we onder begeleiding van Folkert JENSMA, zelf jurist, jarenlang hoofdredacteur van de NRC en nu vooral bekend om zijn column over recht en rechtsstaat (te vinden via https://www.nrc.nl/rubriek/de-rechtsstaat/). Hij geeft een aftrap, waarna u zich vooral niet hoeft in te houden bij de discussie.

Programma

19.00u: Ontvangst met koffie en thee.

19.30u: Verwelkoming door Frank JUDO (Voorzitter Vlaamse Juristenvereniging).

19.35u: Folkert JENSMA, juridisch commentator leidt het thema in.

20.00u: Debat met de zaal.

20.45u: Napraten met een hapje en een drankje.

22.30u: Afsluiting.

Praktische informatie

Plaats: Provinciehuis Provincie Antwerpen, Koningin Elisabethlei 22, 2000 Antwerpen:

  • Bereikbaar met het openbaar vervoer: Lijn 2, 6, 17, 30 of 191: stap af aan halte ‘Provinciehuis’.
  • Lijn 7 of 15: stap af aan halte ‘Harmonie’, op 300 meter van het provinciehuis.
  • Lijn 22: stap af aan halte ‘Lokkaardstraat’, op 400 meter van het provinciehuis.
  • Auto: er worden parkeerplaatsen voorzien in de ondergrondse parking van het Provinciehuis

Organisatie

  • Yolanda Vanden Bosch
  • Bertel de Groote
  • Kris Moeremans
  • Raf van Ransbeeck
  • Marc Taeymans
  • Benjamin Verheye

Inschrijving en betaling: Rechtstreekse inschrijving kan via de VJV-website (www.vjv.be).

Inschrijvingsprijs (inbegrepen netwerkreceptie) : 30 (VJV-lid of gelijkgestelde) of 40 € (geen VJV-lid of gelijkgestelde).

De deelnamesom kan u storten op rekening VJV BE94 3631 5216 1314 met vermelding ‘Recht en media – 11 mei 2022′ en “naam van de deelnemer‘.

Vlaamse Juristenvereniging: Tel.: 0476/89.70.08,  e-post: secretariaat@vjv.be

Aanmeldformulier Recht en media - 11 mei 2022

Aanmeldformulier Recht en media - 11 mei 2022

Recht en media - 11 mei 2022

Bezig met versturen

VJV Nieuwsbrief - Scientia novit curia? Recht en wetenschap in botsing of in dialoog? - dinsdag 15 maart 2022 om 20u, online

Scientia novit curia?

Recht en wetenschap in botsing of in dialoog?

Dinsdag 15 maart 2022 om 20u, online

We herinneren het ons nog uit onze opleiding: “ius novit curia” – de rechter kent het recht. Het zou er nog aan ontbreken, vermits eenieder geacht wordt het recht te kennen.

Zo eenvoudig zit de wereld echter niet in elkaar. Ooit dachten we de werkelijkheid aan te kunnen met het onderscheid tussen feit en recht. Bij nader toezien bleken beide niet vlekkeloos van elkaar onderscheiden te zijn. En binnen de feiten gaat het helemaal mis. Waar partijen geacht worden feiten ter beoordeling voor te leggen aan de rechter, die ze dan inpast in het recht, blijkt die oefening alles behalve vanzelfsprekend. Feiten en feiten zijn immers twee. Zeker, de rechter kan zich laten bijstaan door een deskundige, maar dat mag geen aanleiding geven tot een delegatie van rechtsmacht. Uiteindelijk staat de rechter er vrij alleen voor. Is hij toegerust voor zijn taak?

Niet alleen de rechter moet een beeld proberen te krijgen van wat wetenschap over de werkelijkheid leert. Ook regelgevers allerhande moeten dat doen, met vallen en opstaan. Ook zij laten zich bijstaan door experten, maar blijven in laatste instantie de politieke verantwoordelijkheid dragen. Is die situatie gezond?

Ook uit onze opleiding herinneren we ons flauwe grapjes van het type dat wie niet rekenen kan, rechten studeert. Zeg het niet voort, maar misschien is er wel iets van aan. Bereidt onze opleiding ons voldoende voor op de confrontatie met de veelzijdige werkelijkheid die het recht probeert te ordenen?

Om die weinig comfortabele vragen van een begin van antwoord te voorzien, kan de Vlaamse Juristenvereniging een beroep doen op een uitgelezen panel. Dr ir. Didier De Buyst heeft een jarenlange praktijk als gerechtsdeskundige in complexe dossiers en beleeft dagelijks de vertaalslag tussen wetenschap en recht. Professor Wannes Vandenbussche kent het bewijsrecht op zijn duimpje en heeft ook heldere gedachten over de rechtenopleiding. En professor Anne Ruth Mackor presenteerde op de jongste jaarvergadering van onze Nederlandse zustervereniging uitdagende gedachten over de kansenrechter. Als u wil weten wat die zou kunnen doen, is er maar één mogelijkheid: op 15 maart aan te sluiten bij onze gedachtenwisseling.

Aanmelden graag via secretariaat@vjv.be, uiterlijk op 13 maart 2022. U krijgt dan een link doorgestuurd die u toelaat deel te nemen aan deze activiteit.

De activiteit is gratis.

Programma:

20.00u: Welkom door Frank Judo, voorzitter Vlaamse Juristenvereniging.

20.05u: Dr ir. Didier De Buyst: Een wetenschapper/ingenieur ontmoet de rechtspraktijk.

20.25u: Prof Dr Wannes Vandenbussche (UGent): Waarop bereidt de juridische opleiding ons eigenlijk voor?

20.45u: Prof. Mr Dr Anne Ruth Mackor (RU Groningen): Kansenrechters en kansengriffiers.

21.05u: Vragen en bedenkingen uit de virtuele zaal.

21.40u: Slotbedenkingen.

Wil u ook dit jaar deel uitmaken van de enige juristenvereniging in ons land die alle scheidslijnen binnen de juridische wereld overstijgt? Dat is in deze tijden misschien nog belangrijker dan voorheen.

Als u dat wil doen, zijn we u erg dankbaar. U gelieve dan 50 € (als gewoon lid) of 125 € (als steunend lid)  te storten op rekening BE94 3631 5216 1314 van VJV-Organisatie vzw  en hier uw gegevens in te vullen.

Wij danken u bij voorbaat voor uw steun en kijken ernaar uit u te ontmoeten op 15 maart of een van onze andere activiteiten.

Met vriendelijke groet

Frank Judo

voorzitter VJV

DRINGEND - VJV Nieuwsbrief Annulatie Recht & media _ Provinciehuis Provincie Antwerpen, maandag 6 december 2021


Het zal u misschien niet helemaal verbazen dat we in het licht van de gegeven sanitaire omstandigheden genoopt zijn de volgende VJV-activiteit ‘Recht en media’ te annuleren.

Liever dan te kiezen voor een half weerzien onder alles behalve optimale omstandigheden, kiezen we voor een uitstel naar betere tijden, waarbij we hopen om u dit programma in de lente van volgend jaar ongewijzigd te kunnen aanbieden.

Intussen verdwijnt de Vlaamse Juristenvereniging echter niet uit de ether. U hoort spoedig van onze andere activiteiten.

Wie al inschreef en betaalde ontvangt eerstdaags het betaalde inschrijvingsgeld terug.

In de tussentijd wensen we u een ijzersterke gezondheid en een scherpe juridische geest toe.

Met vriendelijke groeten

Frank Judo

Voorzitter VJV

 

Derde dag van de rechtsstaat – 16 november 2021 – Mechelen – 20u

Traditiegetrouw vindt in het najaar de Dag van de Rechtsstaat plaats in Mechelen. Even traditiegetrouw ondersteunt de Vlaamse Juristenvereniging dit initiatief enthousiast.”

Nieuwe inschrijving – Dag van de Rechtsstaat – 18 april 2023 – 20 uur

Een organisatie van VZW 400

In samenwerking met :

Partners:

Met steun van :

Wenst u ook te ondersteunen? Neem dan contact op met bie@b-net.be

Recht en crisis - regelgeving en handhaving in tijden van onzekerheid


Recht en crisis –
regelgeving en handhaving in tijden van onzekerheid

dinsdag 12 oktober 2021 om 20u, online

“Crisissen zijn uitdagingen” kopte ooit een succesvol boek. Dat is ongetwijfeld zo, maar in
welke mate we een uitdaging zonder al te diepe kleerscheuren doorkomen, is een andere vraag.

Nog een andere vraag is voor juristen bijzonder pertinent: helpt het recht ons de uitdaging te
doorstaan? Of beperkt recht enkel de schade? Of nog bescheidener: voegt het recht niet zo heel
veel toe? Is het soms zelfs een hinderpaal? Want laten we eerlijk zijn: als een
beleidsverantwoordelijke in de media vertelt dat een bepaalde maatregel “juridisch onmogelijk”
is, klinkt dat in veler oren alsof de maatregel op zich wel wenselijk is, maar om een aantal
obscure redenen toch maar niet wordt uitgevoerd.

Het is ongetwijfeld nog te vroeg om sine ira et studio terug te kijken op de recente
pandemiecrisis. Toch is dat wat de Vlaamse Juristenvereniging wil doen. Sterker nog, ze wil
nog verder terugkijken, in de hoop op onverwachte plekken zinvolle antwoorden te vinden voor
weinig comfortabele vragen.

Historicus Brecht Deseure verwierf een stevige reputatie door zijn onderzoek over de periode
1789-1831, die in België als één lange crisisperiode kan worden beschouwd. Regimes wisselen
elkaar af, staatkundige verbanden wijzigen, recht en instellingen zijn in voortdurende
transformatie. De grondwet is tijdens deze hele periode een belangrijk thema in het publiek
debat, waarbij hij de vraag opwerpt of grondwetten in die periodes revoluties indamden dan
wel veroorzaakten.

Ook Stefan Somers staat bekend als iemand die juristen aan het denken zet. In het spoor van
zijn onderzoek over aansprakelijkheidsrecht en mensenrechten gaat hij op zoek naar de rol van
het privaatrecht bij het kanaliseren en oplossen van maatschappelijke crises. Kijken we niet al
te makkelijk in de richting van het publiekrecht?

Gouverneur Cathy Berx werd de vorige maanden volop geconfronteerd met de praktische
gevolgen van een gezondheidscrisis. Als juriste bekeek ze een en ander echter ook in een ruimer
kader. Van die confrontatie getuigt zij op onze ontmoeting.

Vanzelfsprekend is er nadien ruime mogelijkheid om van gedachten te wisselen – ook al
beseffen we terdege dat het debat bij het einde van de avond niet afgesloten zal zijn.

Aanmelden graag via secretariaat@vjv.be
U krijgt dan een link doorgestuurd die u toelaat
deel te nemen aan deze activiteit.
De activiteit is gratis.

Programma:
20.00u: Welkom door Frank Judo, voorzitter Vlaamse Juristenvereniging
20.05u: De grondwet in revolutietijd: veilig anker of lont in het kruitvat?
Dr Brecht Deseure (King’s College Londen)
20.25u: Crisis en privaatrecht
Prof. Dr Stefan Somers (Rechter in de ondernemingsrechtbank Antwerpen, docent
VUB)
20.45u: Als de werkelijkheid het recht overhoop zet
Prof. Dr Cathy Berx (Gouverneur provincie Antwerpen, docent UA)
21.05u: Vragen en bedenkingen uit de zaal
21.40u: Slotbedenkingen

Wil u ook dit jaar deel uitmaken van de enige juristenvereniging in ons land die alle
scheidslijnen binnen de juridische wereld overstijgt? Dat is in deze tijden misschien nog
belangrijker dan voorheen.

Als u dat wil doen, zijn we u erg dankbaar. U gelieve dan 50 € (als gewoon lid) of 125 € (als
steunend lid) te storten op rekening BE94 3631 5216 1314 van VJV-Organisatie vzw en hier
uw gegevens in te vullen.

Wij danken u bij voorbaat voor uw steun en kijken ernaar uit u te ontmoeten op 12 oktober of
tijdens een van onze andere activiteiten.

Met vriendelijke groet
Frank Judo
voorzitter VJV

VJV Webinar: Recht en nabijheid


Recht en nabijheid

donderdag 6 mei 2021 om 20u, online

Voor vele mensen is het recht een ver-van-mijn-bedshow en je kan betwijfelen of ze dat erg vinden. Tot het recht zichzelf uitnodigt om naderbij te komen: dan wordt nabijheid plots een thema. Je weet niet goed wat je moet willen: een recht dicht bij de mensen of een recht dat een veilige afstand bewaart.

De recente pandemiecrisis heeft een nieuwe dimensie toegevoegd aan dit thema. Waar nabijheid van het recht tot voor kort samen leek te lopen met vrij makkelijk vatbare thema’s als begrijpelijkheid van de rechtstaal of organisatie van de dienst van de rechtsbedeling, zijn de zaken sinds kort nog wat complexer. Zeker, de interactie van recht en artificiële intelligentie was al langer een thema en de informatisering van justitie had soms meer van het monster van Loch Ness dan ons lief was.

Sinds maart 2020 gebeuren echter meer juridische activiteiten dan ooit tevoren op afstand of zelfs virtueel. Dat heeft een invloed op onze omgang met recht op korte, maar ook op lange termijn. Hoe staat het met de integratie van ‘legal tech’ in de rechtspraktijk? Is die integratie nabij of nog veraf? Wat betekent de inzet van ‘slimme’ juridische software voor de relatie tussen praktijkjurist en klant? En wat betekent die inzet voor de relatie tussen de rechtzoekende en het recht? Wordt de kloof vergroot of verkleind, of hangt dat ervan af? Vragen waarop professor Mireille Hildebrandt (VUB) in haar inleidend referaat een antwoord zal proberen te bieden.

Vervolgens gaan Christian Denoyelle (magistraat, oud-voorzitter van de Hoge Raad voor de Justitie) en Katrin Roggeman (notaris en vice-voorzitter FEDNOT) na wat dit voor de praktijk betekend heeft en zal betekenen.

Natuurlijk doen ze dit niet alleen, maar in uw virtuele aanwezigheid en met uw werkelijke inbreng. Aan de nabijheid van deze discussie zal het alvast niet gelegen hebben.

Als u wil meedenken, mag u vooral niet vergeten voor het scherm te zitten op donderdag 6 mei 2021 om 20u.

Aanmelden graag via secretariaat@vjv.be U krijgt dan een link doorgestuurd die u toelaat deel te nemen aan deze activiteit.

De activiteit is gratis.

Programma:

  • 20.00u: Welkom door Frank Judo, voorzitter Vlaamse Juristenvereniging
  • 20.05u: Inleidend referaat van prof. Mireille Hildebrandt (VUB)
  • 20.35u: Christian Denoyelle (magistraat, oud-voorzitter van de Hoge Raad voor de Justitie) en Katrin Roggeman (FedNot) trekken de discussie op gang
  • 20.55u: Vragen en bedenkingen uit de zaal
  • 21.20u: Slotbedenkingen

Wil u ook dit jaar deel uitmaken van de enige juristenvereniging in ons land die alle scheidslijnen binnen de juridische wereld overstijgt? Dat is in deze tijden misschien nog belangrijker dan voorheen.

Als u dat wil doen, zijn we u erg dankbaar. U gelieve dan 50 € (als gewoon lid) of 125 € (als steunend lid)  te storten op rekening BE94 3631 5216 1314 van VJV-Organisatie vzw  en hier uw gegevens in te vullen.

Wij danken u bij voorbaat voor uw steun en kijken ernaar uit u te ontmoeten op 6 mei/ ‘Recht en nabijheid’ of een van onze activiteiten.

Met vriendelijke groet

Frank Judo

voorzitter VJV

VJV Nieuwsbrief Webinar ‘Deugdelijk recht’ & lidmaatschap 2021

VJV Nieuwsbrief Webinar ‘Deugdelijk recht’ & lidmaatschap 2021


Noem eens vijf woorden die de persoonlijkheid van een jurist omschrijven? Wedden dat “deugdzaam” er niet bij is? Om van “deugddoend” nog te zwijgen. En toch hebben recht en deugd iets met elkaar te maken.

Recht wordt namelijk door mensen beoefend, ook al twijfelen sommigen daar wel eens aan. En mensen proberen een plek te vinden in hun omgeving, onder meer door een positie te kiezen ten aanzien van de waarden die in hun omgeving toonaangevend zijn. Onkreukbaarheid wordt van een rechter altijd verwacht, maar de aandacht voor luisterbereidheid is de jongste jaren merkelijk toegenomen – om maar een voorbeeld te noemen.

Kortom, met louter technische bekwaamheid komt de jurist er niet – maar welke menselijke kwaliteiten maken dan het verschil? Welke deugden laten de jurist toe te functioneren in de samenleving van vandaag, en misschien wel altijd?

Op 9 februari 2021 gaan Eric Lancksweerdt (Universiteit Hasselt) en Inigo Bocken (Radboud Universiteit Nijmegen) hierover in gesprek op uitnodiging van de Vlaamse Juristenvereniging. Eric schreef onlangs een opgemerkt artikel in het Rechtskundig Weekblad over de relevantie van deugden voor het functioneren van de jurist, en Inigo ging dieper in op een deugd die de kern van de juridische activiteit raakt, namelijk de billijkheid.

Aan het haardvuur kunnen we dit gesprek nog niet houden, maar verwacht u aan een gezonde combinatie van warmte en vonken!

Afspraak online dus op dinsdag 9 februari 2021 om 20u.

Programma:

20.00u: Welkom door Frank Judo, voorzitter Vlaamse Juristenvereniging

20.05u: Eric Lancksweerdt over juristen en hun (on-) deugden

20.25u: Inigo Bocken over de billijkheid van de juristen

20.45u: De sprekers trekken de gedachtewisseling op gang, met elkaar en met de zaal

21.20u: Slotbedenkingen

De activiteit is gratis.

Aanmelden graag via secretariaat@vjv.be U krijgt dan een link doorgestuurd die u toelaat deel te nemen aan deze activiteit.

Van de gelegenheid maken we graag gebruik om u onze klassieke nieuwjaarsvraag voor te leggen. Wil u ook dit jaar deel uitmaken van de enige juristenvereniging in ons land die alle scheidslijnen binnen de juridische wereld overstijgt? Dat is in deze tijden misschien nog belangrijker dan voorheen.

Als u dat wil doen, zijn we u erg dankbaar. U gelieve dan 50 € (als gewoon lid) of 125 € (als steunend lid)  te storten op rekening BE94 3631 5216 1314 van VJV-Organisatie vzw  en hier uw gegevens in te vullen.

Wij danken u bij voorbaat voor uw steun en kijken ernaar uit u te ontmoeten op een van onze activiteiten.

Met vriendelijke groet

Frank Judo

voorzitter VJV

Brave New Justice – of hoe de robots het recht overnemen - dinsdag 21 mei 2019

Mechelen, Technopolis, dinsdag 21 mei 2019, 19.30u – 

In de wereld van het recht, maar zeker niet alleen daar, is er nogal wat te doen over de disruptieve invloed die allerhande vormen van technologische evolutie kunnen hebben op de rechtsbeoefening. Als je de believers mag geloven, hebben we straks amper nog juristen nodig, maar zullen machines ons voorzien van contracten, vonnissen en conclusies. Sceptici maken liever een onderscheid tussen courante juridische diensten en juridische spitstechnologie, en merken schamper op dat het voornaamste gevolg van een en ander wel eens een prijsverhoging van de juridische dienstverlening zou kunnen zijn. Pessimisten vragen zich dan weer af hoe het recht zal evolueren, als het niet langer in mensenhanden is. Is er nog plaats voor billijkheid? Hoe flexibel zal een rechtsfiguur als de goede huisvader zijn, als hij zijn metamorfose tot goede computer heeft doorstaan?

De Vlaamse Juristenvereniging wil borrelplaat en science fiction in gelijke mate terzijde laten, en nadenken over het uitzicht dat ons rechtssysteem kan hebben na de confrontatie met moderne technologie. Om dat zinvol te doen, is het altijd een goed begin eens naar de werkelijkheid te kijken – en die werkelijkheid staat in de medische sector al een stuk verder dan bij ons. Op basis van het getuigenis van een arts die ervaring heeft met robottechnologie, gaan juristen in gesprek. Ze bekijken wat mogelijk is, wat denkbaar is en wat wenselijk is – en hakken knopen door over wat kan, wat mag en wat zal. Met andere woorden, ze doen wat juristen doen, alleen gaat het nu over technologie.

Programma

19.30u: Verwelkoming door Frank Judo (Vlaamse Juristenvereniging)

19.35 u: Inleiding door moderator Helen Goedgebeur (VRT)

19.40 u: Wat de geneeskunde ons leert, toegelicht door dr Tom Tuytten, urologisch robotchirurg (Virga Jesse ziekenhuis Hasselt)

20.00 u: Panelgesprek met Paul Danneels (FedNot), Matthias Dobbelaere-Welvaert (Chief Creative bij Ethel), Jelle Flo (rechter in de rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen) en Johan van Driessche (OVB/Diplad)

20.50 u: Debat met de zaal

21.10u: Napraten met een hapje en een drankje

Een verhaal van mensen. Marcel Storme, René Victor en de archieven van de Vlaamse Juristenvereniging - Gent – 3 december 2018

Gent – 3 december 2018

We hebben er echt wel een gewoonte van gemaakt: de Vlaamse Juristenvereniging kijkt vooruit en wil weten wat de jurist in de toekomst zal doen en betekenen.  Toen we in 2015 honderddertig jaar bestonden, hebben we even getwijfeld, maar er toch voor gekozen die respectabele verjaardag niét te vieren. Het gaat niet over ons, maar om het recht en de juristen.

Op elke regel bestaat echter een uitzondering. Op maandag 3 december wordt het archief van onze vereniging overgemaakt aan de Universiteit Gent. Het wordt er verenigd met het archief van wijlen onze ere-voorzitter professor Marcel Storme, en zal er wetenschappelijk geïnventariseerd worden, zodat het bruikbaar wordt voor wetenschappelijk onderzoek.

Het kenmerkte Marcel Storme dat hij als geen ander in staat was om de juridische activiteit van anderen en van zichzelf te situeren in een historische context en een intellectuele traditie. Professor Dirk Heirbaut zal op 3 december dit aspect van onze ere-voorzitter kort toelichten, zodat de overdracht ook een moment van herinnering zal zijn.

Daarenboven verscheen eind oktober de monumentale biografie van een andere ere-voorzitter, ridder René Victor, die in 1964 mee aan de wieg stond van de heropstart en onze vereniging. Victors biograaf, stafhouder Jan Verstraete, licht toe wat hij heeft betekend voor de Gentse universiteit en voor de Juristenvereniging.

Een organisatie van de Vlaamse Juristenvereniging i.s.m. AlumniVereniging Rechten Gent en het Universiteitsarchief Gent.

Programma

19.00u: Ontvangst

19.30u: Welkomstwoord door Frank Judo, voorzitter Vlaamse Juristenvereniging

19.40u: Formele overdracht van het archief

19.50u: Dirk Heirbaut  –  ‘Marcel Storme  en de strijd voor een (ge)recht met een menselijk gelaat’

20.10u: Jan Verstraete – ‘René Victor en Marcel Storme’

20.30u: Slotwoord door Frederik Byttebier, voorzitter AlumniVereniging Rechten Gent

20.40u: Receptie met mogelijkheid tot aankoop van “René Victor. Strijder voor het Vlaamse rechtsleven”

Conferentie over de toekomst van het Vlaamse onderwijs - november 2018

Graag nodigen wij u uit op de Conferentie over de toekomst van het Vlaamse onderwijs die onze vereniging mede organiseert onder de auspiciën van het Interuniversitair Centrum voor Onderwijsrecht (ICOR) en het Tijdschrift voor Onderwijsrecht en –Beleid (TORB).

Het Vlaamse onderwijs staat voor grote uitdagingen en blijft geen dag weg uit het maatschappelijk debat Daarom nam het interuniversitair Centrum voor Onderwijsrecht (ICOR) het initiatief tot een conferentie over de toekomst van het Vlaamse onderwijs en dit 30 jaar na de staatshervorming van 1988 met de overdracht van het onderwijs naar de Gemeenschappen en 60 jaar na het Schoolpact van 1958.

De openingsconferentie vindt plaats in de Koninklijke Vlaamse Academie van België op donderdagavond 22 november. Op vrijdag 23 november volgen in het Vlaams Parlement een plenaire zitting en debat in de voormiddag en 11 panelsessies in de namiddag.  Die laatste focussen op allerlei facetten van het onderwijs. Een slotzitting sluit de conferentie af. De conferentie zoekt naar de meest verantwoorde strategie voor Vlaanderen 2030.

DeVlaams Juristenvereniging verleent graag medewerking aan deze conferentie, waarvan de conclusies worden overgemaakt aan politici en andere beleidsmakers in de aanloop naar de Vlaamse en federale verkiezingen van 2019 en nam het voortouw bij de organisatie van  een sessie over Juridisering in het onderwijs. Uitwas van het legaliteitsbeginsel of vals probleem? voor. Mr Jim Deridder, voorzitter van de Raad voor Betwistingen inzake Studievoortgangsbeslissingen leidt  deze sessie in.

Programma

Dag 1 – Donderdagavond, 22 november 2018, 17.00u – 20.30u, Koninklijke Vlaamse Academie van België voor Wetenschappen en Kunsten, Hertogstraat 1, 1000 Brussel

Openingsconferentie en Ronde Tafel

‘Verleden kijkt naar de Toekomst’. Hoe kijken (gewezen) ministers naar de Toekomst van het Vlaams Onderwijs in 2020-2030?  Interpellaties van jonge academic

Inleiding en repliek – Prof. dr. Jan De Groof, voorzitter ICOR/TORB & Rector Herman Van Goethem, voorzitter VLIR

‘Korte vooruitblik’ door enkele gewezen ministers – Willy Claes, Luc Van den Bossche, Luc Martens,  Marleen Vanderpoorten,  Prof. dr. Frank Vandenbroucke (video opname), o.l.v. dhr. Guy Tegenbos

Kritische repliek door enkele jonge academici – Dra. Yousra Benfquih , Universiteit Antwerpen, Drs. Johan Lievens, Katholieke  Universiteit Leuven,  Prof. dr. Stijn Baert, Universiteit Gent,  Prof. dr. Noel Clycq, Universiteit Antwerpen, Prof. dr. Kris Rutten, Universiteit Gent

Commentaar & conclusies – Marianne Coopman, COV, Prof. dr. Maarten Simons, Katholieke Universiteit Leuven,. Hilde Crevits, Minister van onderwijs, prof. dr. Job Cohen, Universiteit Leiden

Slotwoord –  Georges Monard, eresecretaris-generaal, Departement onderwijs &  Prof. dr. Jan De Groof, Voorzitter 

Receptie

Dag 2 – vrijdag, 23 november 2018, 09.00u – 19.00u, Vlaams Parlement, Hertogstraat 6, 1000 Brussel.

Conferentie 60 en 30 jaar

voormiddag: Terugblik omtrent Beleid en Recht – Vooruitblik 2030

Welkomstwoord – Dhr. Jan Peumans, Voorzitter Vlaams Parlement

Algemene inleiding: ‘Wat zijn de vragen?’ – Prof. dr. Jan De Groof, Voorzitter ICOR/TORB

Gemiste of gelijke kansen in Onderwijs? – Prof. dr. Ive Marx, Universiteit Antwerpen​,  Prof. dr. Annelies d’Espallier, Katholieke Universiteit Leuven

Intern en extern pluralisme van Vlaamse scholen : Vrijheid van onderwijs en verhouding tussen de ‘netten’ –  Prof. dr. Kurt Willems, Katholieke Universiteit Leuven, Dr. Pedro De Bruyckere, Arteveldehogeschool en Universiteit Leiden

De internationale agenda van het Vlaams onderwijsrecht en onderwijsbeleid – Prof. dr. Dirk Van Damme, OESO, Prof. dr. Alexander De Becker, Universiteit Gent en Universiteit Hasselt

namiddag: “Staten-Generaal” anno 2018 (11 sessies)

  • Bevoegdheidsverdeling inzake onderwijs. Is nu een homogeen bevoegdheidsbeleid verzekerd en/of dringt een grondwetsherziening zich op ?
  • Actieve versus passieve onderwijsvrijheid?  30 jaar rechtspraak Grondwettelijk Hof en Raad van State: kan men gewagen van een nieuw Schoolpact?
  • Een miskend schoolpactbeginsel: de democratisering van het onderwijs.
  • Eindtermen, centrale toetsen en inspectie: wijzigende patronen?
  • Hoe inclusief blijkt het Vlaams onderwijs ? Welk M-decreet behoeft Vlaanderen? Omtrent de ‘redelijke aanpassingen’.
  • Financiering van het onderwijs en nieuwe demografische realiteiten Leerplichtonderwijs.  Financiering van het onderwijs en nieuwe spelregels voor het hoger onderwijs?
  • Religie en onderwijs.
  • Recht op onderwijs voor migrerende kinderen en kinderen zonder papieren : hoe inclusief is het onderwijs, zijn de internationale grondrechten relevant gebleken ? Anti-radicalisering middels onderwijs?
  • Impact van het Europees gemeenschapsrecht op de Vlaamse codices – Hoe verhoudt het Europees kwaliteitsconcept en het Bologna Proces zich met het Vlaams onderwijsbeleid en de institutionele zelfstandigheid van universiteiten en hogescholen – Eén Gemeenschappelijke Ruimte voor Vlaanderen/Nederland?
  •  Juridisering in het onderwijs. Uitwas van het legaliteitsbeginsel of vals probleem?
  •  Lerarenopleiding en loopbaanpact. Het statuut van de leraar.

Slotzitting

Receptie & wandelbuffet

Hier vindt u het volledig programma.

Recht en veiligheid - oktober 2018

Koninklijke Militaire School, woensdag 24 oktober 2018, 18.00u-22.00u

Als er iets van een overheid wordt verwacht, is het dat ze zorgt voor de veiligheid van haar burgers. Op basis van democratisch vastgestelde normen, handhaaft de uitvoerende macht de gemaakte afspraken, zo nodig met de ‘zwaardmacht’ van leger en politie – al mag het ook met subtielere middelen dan met het zwaard.

Lang leek dit een ver-van-mijn-bedshow. Terrorisme, mensensmokkel of cybercriminaliteit hebben de wereld echter veranderd, en dus ook het recht. Ter wille van de veiligheid worden maatregelen genomen die enkele jaren geleden nauwelijks denkbaar waren. Grenscontroles zijn terug van weggeweest. Militairen maken deel uit van het straatbeeld. Onder de noemer van bijzondere opsporingsmethodes worden technieken aangewend die niet alleen criminelen koude rillingen doen krijgen.

Dat deze maatregelen gevolgen hebben voor de privacy van de burger, klinkt vanzelfsprekend. Maar wat met andere grondrechten, zoals het vermoeden van onschuld of het recht op een eerlijk proces? En verandert de gewijzigde veiligheidssituatie ook het aanschijn van de klassieke rechtsstaat? Verdraagt de nood aan snelle beslissingen zich wel met geijkte procedures? Kan de veiligheid van de burger gewaarborgd worden als te pas en te onpas een al dan niet wereldvreemde rechter een rem zet op het overheidsoptreden?

Want uiteindelijk gaat het toch om veiligheid, het recht op leven en fysieke integriteit – toch ook een grondrecht? Eenvoudige uitwegen uit het dilemma van de grondrechten en de efficiënte bescherming van ieders veiligheid hebben we niet in de aanbieding,  wel vijf sprekers die op eerlijk en nuchter omgaan met deze onvermijdelijke dilemma’s.

Paul Van Tigchelt zet de bakens uit: vanuit het coördinatieorgaan voor dreigingsanalyse OCAD tracht hij het overzicht te bewaren. Nadien gaan een rechter, een lid van het federaal parket, een deskundige inzake grensbewaking en een militair dieper in op de aangelegenheden waarmee zij elke dag te maken krijgen. Op these en antithese volgt natuurlijk een synthese, als alle sprekers, en ook u als deelnemer in onderling debat treden – hopelijk met goed gevolg voor onze veiligheid én onze rechtsstaat.

Programma

18.10u  Verwelkoming 

Stijn Mannaert, rechter in de politierechtbank Antwerpen, afdeling Turnhout

18.15  Inleiding en situering

Paul Van Tigchelt, directeur OCAD – “Recht en veiligheid: laat ons niet de tak afzagen waarop we zelf zitten”

inleiding doorLars Bové, journalist De Tijd

19.00u  Frederic Blockx, rechter rechtbank van koophandel Antwerpen – Recht en veiligheid en beroepsgeheim/mensenrechten

19.15u  Geert Schoorens, federaal magistraat – Recht en veiligheid en cybercriminaliteit

19.30u  Dirk Vande Ryse, criminoloog en Directeur bij Frontex –Recht en veiligheid en illegale immigratie

19.45u  Majoor Pieter Van Malderen – Recht en veiligheid en defensie

20.00u Panelgesprek met alle sprekers en met de zaal – Moderator: Lars Bové, journalist – De Tijd

21.00u Slotwoord – Frank Judo, Voorzitter Vlaamse Juristenvereniging

Praktische informatie

Plaats: Koninklijke Militaire School, conferentiecomplex, zaal ‘symposium’, Hobbemastraat 8, 1000 Brussel (nabij het Jubelpark, dichtbij de Europese instellingen (Schumanplein).

Maklu Recht en veiligheid e-flyer 

De Dag van de rechtsstaat & de tentoonstelling “Roep om rechtvaardigheid’ - Dinsdag 15 mei

Vele eeuwen lang, maar ook de laatste twee jaar, was Mechelen de hoofdstad van de rechtsstaat in de Lage Landen. In haar jongste verschijningsvorm heette deze hoofdstad “Oprecht Mechelen”, en dit project is langzamerhand klaar om in schoonheid te eindigen.

Dat gebeurt met een tentoonstelling, waarover later meer, maar ook met de eerste “Dag van de rechtsstaat” in Vlaanderen.In Nederland kent men al langer het fenomeen van de “Nacht van de rechtsstaat”, en nu komt er ook een Vlaams equivalent.

dag van de rechtsstaat (2)

Dinsdag 15 mei is de eerste dag van de rechtsstaat, en die brengt heel wat schoon volk naar Mechelen. Magistraat en corruptiebestrijder Gherardo Colombo brengt uit Italië een gepassioneerd pleidooi voor de grote onbekende die de rechtsstaat is. Patrick Loobuyck en Rachida Lamrabet gaan in debat onder het motto “Uw rechtsstaat is de onze niet”. Frans Timmermans, vice-voorzitter van de Europese Commissie bekijkt alles vanuit het vogelperspectief van Europa, en minister Koen Geens sluit af – vooraleer het napraten op de receptie begint.

Afspraak in het Congrescentrum Lamot in Mechelen om 19 u. Het volledige programma vindt u hier. 

Wenst u enkel in te schrijven voor de dag van de rechtsstaat, dan kan dit via www.dagvanderechtsstaat.be.

Kiezen tussen de dag van de rechtsstaat en een bezoek aan detentoonstelling “Roep om rechtvaardigheid”is echter een haast onmogelijke keuze. In de tentoonstelling worden meesterwerken uit de kunst van Lage Landen verzameld rond de thema’s ‘rechtvaardigheid’, ‘rechtspraak’ en ‘onrecht’.

Roep_om_rechtvaardigheid Mechelaar, kunstminnaar en oud-stafhouder Ludo Kools is zo vriendelijk ons voorafgaand aan de dag van de rechtsstaat wegwijs te maken in de tentoonstelling. We spreken af om 15.00 u in het stadsmuseum Hof van Busleyden in de Frederik de Merodestraat 65. Opgelet, aan dit voorafgaand begeleid bezoek kunnen maximaal 15 personen deelnemen. Na de rondleiding, en voor het begin van de conferentie, kan wie daar zin in heeft, een stukje eten met de andere deelnemers.

VJV

Opera Antwerpen - Vrijdag 1 Juni 2018

In vroegere dagen was de afdeling gratieverzoeken het kloppende hart van het departement justitie.

Ook in Mozarts tijd was dat zo, zodat La clemenza di Tito, of Keizer Titus’ genade, met recht en reden beschouwd kon worden als een stuk dat over recht en rechtvaardigheid ging. Dat de tekst van de opera van de hand was van succesauteur Pietro Metastasio, die zijn loopbaan was begonnen op een advocatenkantoor, doet daaraan allerminst afbreuk. Daarnaast is het stuk ook een vorstenspiegel. Het werd voor het eerst uitgevoerd bij gelegenheid van de kroning van Leopold van Habsburg tot keizer van het Heilig Roomse Rijk in 1791.

Afbeeldingsresultaat voor opera antwerpen la clemenza Kunsthuis

Om van de opera te genieten, kan al die context misschien helpen, maar nodig is hij niet. De Vlaamse Juristenvereniging sluit het grote project Oprecht Mechelen in schoonheid en harmonie af, en nodigt u uit om samen te genieten van Mozarts muziek.

Dat doen we in Antwerpen op vrijdag 1 juni.

De opera begint om 20 u stipt, en we spreken een half uurtje vroeger af ter plaatse.

Inschrijving en deelnemersprijs

Leden van de vereniging en gelijkgestelden betalen 80 € voor hun plaats, wat een mooie korting inhoudt. Tijdens de pauze biedt de vereniging u graag een drankje aan.

Om praktische redenen moeten we u wel vragen uiterlijk op 30 april uw deelneming te bevestigen en uw bijdrage in de kosten over te maken op rekening  IBAN BE94 3631 5216 1314 van VJV Organisatie vzw. Er kunnen maximaal dertig personen deelnemen aan deze activiteit.

Stil nu, de ouverture begint !

Deze activiteit is de eerste die we moeten organiseren zonder de steun van onze ere-voorzitter professor Marcel Storme, die op 29 maart overleed.

Dankbaar denkend aan Marcel Storme (1930-2018)

In onze verdere activiteiten willen wij hem indachtig zijn. Aan zijn familie biedt de Vlaamse Juristenvereniging haar oprechte deelneming aan.

Verzen, vertelsels en verdragen – over recht en literatuur - woensdag 28 maart 2018

Leuven, woensdag 28 maart 2018

larcierlogo Boekarestlogo

Ooit heeft wel eens iemand geprobeerd om de Grondwet in verzen te vertalen, maar een groot succes was dat niet. En de kans dat een bijdrage tot de rechtsleer ooit de shortlist van een literatuurprijs haalt, is beperkt, heel beperkt. Tussen het recht en de schone letteren lijkt wel een Berlijnse muur te zijn opgetrokken.

Anderzijds speelt de wereld van het recht wel een rol in menig letterkundig werk, direct of indirect. Er is de hele panoplie van de misdaadliteratuur, die aan het (straf-)recht zelfs haar bestaan ontleent. Van Antigone tot deurwaarder Dreverhaven heeft de juristerij echter ook op andere manieren verblijfsrecht in de literatuur verworven.

En wat hebben we daar nu aan ? Worden we daar betere juristen van ? Of betere mensen ? Er zijn alvast enkele mensen die daar diep van overtuigd zijn.

Bernard Hubeau denkt metCamusna over mens en maatschappij, Eric Wauters herkent in Charles Dickens de omgang van de hedendaagse mens met het recht, Robbie Tas zou zonder Godfried Bomans geen jurist zijn geworden enCathy Berx vindt recht in het werk van Marcel Proust. Alle vier beloofden zij met passie en welsprekendheid te pleiten voor hun auteur.

Recht en literatuur is echter niet alleen een verhaal van gepassioneerde juristen, maar ook een boeiende stroming in het hedendaagse denken over het recht in de samenleving. In onze streken verdient deze richting nog wat meer aandacht, maar in Nederland zijn mensen als de Rotterdamse hoogleraar Sanne Taekema al vele jaren bezig met onderzoek naar de interactie tussen recht en literatuur. Zij en de jonge Leuvense onderzoeker Benjamin Verheye plaatsen een en ander in een ruimer perspectief.

Programma

20u: Verwelkoming door Frank Judo (Vlaamse Juristenvereniging)

20.10 u: Inleiding door Benjamin Verheye (KU Leuven)

20.25 u: Panelgesprek met Cathy Berx (gouverneur provincie Antwerpen), Bernard Hubeau (UA en VUB), Robbie Tas (KU Leuven) en Eric Wauters (lokale politie), met Benjamin Verheye als moderator.

21.40 u: Slotbedenkingen door Sanne Taekema (Erasmus Universiteit Rotterdam)

22 u: Napraten met een hapje en een drankje

Praktische informatie

Plaats: Boekhandel Boekarest, Mgr Ladeuzeplein 18, 3000 Leuven – Bereikbaar met het openbaar vervoer: op wandelafstand van het station van Leuven, Parking onder het Ladeuzeplein

Organisatie: Elisabeth Alofs, Bruno Coppieters, Yolanda Vanden Bosch,Pim Vanwalleghem, Benjamin Verheye

VJVRechtEnLiteratuur_Folder

Lunchcauserie met minister van Justitie, Koen GEENS over de rechtsstaat - Woensdag 18 oktober 2017

Woensdag 18 oktober 2017, 12.00u, Antwerpen, Ahlers House.

Geens

Op woensdag, 18 oktober 2017 geeft minister van Justitie Koen GEENS zijn beschouwingen over de staat van onze rechtsstaat tijdens een lunchcauserie te Antwerpen.

De minister zal dit o.m. doen aan de hand van de publicatie van Artikelsgewijs.Over beginselen en paradoxen van een rechtsstaat, verschenen bij Intersentia in december 2016.

artikelsgewijs

Na de uiteenzetting van de minister is er gelegenheid tot debat.

Rik VAN CAUWELAERT, columnist voor De Tijd, modereert.

Praktische informatie

Datum en uur: woensdag, 18 oktober 2017 van 12.00u – 14.30u.

Plaats:  Ahlers House (Portview – 10de verdieping), Noorderlaan 139, 2030 Antwerpen

http://intersentia.be/bestelling-artikelsgewijs.  Het boekje ligt voor u klaar op 18 oktober as.

Tweedaags internationaal Juristencongres der Lage Landen - 25 en 26 september 2017

Reeds vele jaren onderhouden de Nederlandse Juristenvereniging en de Vlaamse Juristenvereniging warme vriendschappelijke relaties. Tot de organisatie van een gezamenlijke activiteit is het echter tot op heden nog niet gekomen.

Daarin komt in september van dit jaar verandering. Op 25 en 26 september 2017 organiseren beide verenigingen in Antwerpen een internationaal congres – het Juristencongres der Lage Landen – rond het thema “recht en taal”. Daarbij is het de bedoeling Nederlandstalige juristen uit de hele wereld van gedachten te laten wisselen over de begrijpelijkheid van het recht door middel van (de Nederlandse) taal. Aandacht wordt besteed aan uiteenlopende onderwerpen als de relevantie van de vele taalversies van Europese regelgeving, taalbeleid in en buiten de rechtbank, juridisch taalgebruik en minderjarigen, de positie van vertalers en tolken en de talige rechtscultuur in een multiculturele samenleving. Gedetailleerde informatie over het programma vindt u op de website van de organiserende verenigingen.

Een congres is niet alleen een gelegenheid tot overdracht en uitwisseling van kennis, maar ook tot persoonlijke kennismaking. Dat is niet anders bij dit juristencongres der Lage Landen. Voorafgaand aan het eigenlijke  congres is er  gelegenheid om Antwerpen te verkennen, en na afloop ervan bezoeken we het fascinerende gerechtsgebouw van de Scheldestad. Op dinsdag is er bovendien het congresdiner in de Hollandse Club. Genodigden van de Vlaamse Juristenvereniging kunnen aansluitend op woensdag 27 september op verkenning gaan in juridisch Brussel, met bezoeken aan het negentiende eeuwse justitiepaleis, het Grondwettelijk Hof en het multimediale bezoekerscentrum Parlamantarium van het Europees Parlement.

Wij zijn ervan overtuigd dat dit congres geen eenmalige activiteit zal zijn. Het zal de  vriendschappelijke relaties tussen Nederlandstalige juristen in en buiten Europa blijvend versterken, en dat alles in het belang van de rechtstaat. Het is mooi dat de Nederlandse en Vlaamse juristenverenigingen daaraan kunnen bijdragen.

inlichtingen en programma klikt u hier.

Gezond recht - donderdag 15 juni 2017

Gezond recht           

Wat kunnen medische en juridische professionelen van elkaar leren?

Antwerpen, donderdag 15 juni 2017, Karel de Grote Hogeschool, stadscampus Groenplaats

logovvgLogo_V_whitespacedie keure

gezondrecht2De vergelijking werd al vaker gemaakt: zowel de rechtsbedeling als de gezondheidszorg zijn een basisdienst van de moderne welvaartsstaat. Toch gaat er een veelvoud van financiële middelen naar volksgezondheid, in vergelijking met wat justitie krijgt. De vergelijking zegt niet alleen iets over de keuzes die opeenvolgende generaties van beleidslieden moeten maken in het licht van de eeuwig beperkte inzetbare middelen. Ze is ook relevant voor maatschappelijke prioriteiten, waarbij het duidelijk is dat gezondheid in de meest ruime zin van het woord is uitgegroeid tot een van de hoogste waarden. In die populariteit kan de rechtstaat zich nog niet verheugen. Niemand is ertegen, maar wie ervoor is, doet dat discreet.

Waar de juridische academische opleiding nog één en ondeelbaar lijkt te zijn, is de medische opleiding het voorwerp geweest van een veelvoud aan specialisaties en subspecialisaties. Natuurlijk is het fenomeen van de specialisatie ook niet onbekend in de juridische wereld, maar tot een vertaling naar de opleidingen is het nog niet gekomen.

De tijd dat medische en juridische dienstverlening het exclusieve terrein was van zelfstandige vrije beroepers ligt ook ver achter ons. Zeker in de medische sector is de band tussen het sociale statuut en de aard van de dienstverlening zo goed als helemaal verbroken. Ambtenaren, werknemers en zelfstandigen verlenen dezelfde diensten, zonder dat dit gevolgen moet hebben voor de aard of kwaliteit van die dienstverlening. In de juridische wereld is die evolutie minder uitgesproken, maar ook reëel. De traditionele beroepen slagen er beter in de oude band te bewaren, maar kunnen niet voorbij aan de vaststelling dat er ook elders juridische diensten worden verleend, en dat dit ook gebeurt door ambtenaren en werknemers.

Het budgettaire perspectief mag dan al niet alleenzaligmakend zijn, het is zonder meer een realiteit. En ook op dit terrein lijken medische en juridische dienstverlening in gescheiden werelden te bewegen. Zonder overheidsfinanciering en mutualisering is onze medische dienstverlening zo goed als ondenkbaar. Van haar kant kent de juridische dienstverlening weliswaar private verzekeringen, maar alle initiatieven om ook op dit terrein tot meer mutualisering te komen, zijn tot nader order gestrand – tot opluchting van de enen, en teleurstelling van de anderen.

Programma

IMG_9180

19.00 uur     Inleiding en situering

Prof. Dr. Etienne De Groot, voorzitter van het Grondwettelijk Hof, arts en jurist

De Groot E. Inleiding en situering

IMG_9189

19.15 uur      Disruptie voor juristen: welke juristen hebben we in de toekomst nodig?’ 

Prof. Dr. Marc Noppen, docent Longziekten, en docent Management en Beleid van de  Gezondheidszorg VUB, gedelegeerd bestuurder UZ Brussel – Disruptie Prof Dr Noppen

Prof. Dr. Marc de Vos, hoofddocent UGent, gastdocent VUB, directeur Itinera Institute – Disruptie – De Vos 20170615 – Disruptie voor juristen

IMG_9194

19.40 uur      Belonen voor kwaliteit: kunnen we leren van de kwaliteits- en vergoedingssystemen in de gezondheidzorg?

Dr. Marc Moens, voorzitter Vlaams Artsensyndicaat – 20170609_VAS_belonen voor kwaliteit_Dr. M. Moens_def

Mr. Philippe Declercq, advocaat, bestuurder Orde van Vlaamse Balies – 4.2. kwaliteit DECLERQ 20170613101644760

IMG_9199

20.05 uur Naar een doorgedreven specialisatie: hoe het totaalbeeld behouden?

Prof. Dr. Paul Herijgers, gewoon hoogleraar cardiochirurgie KU Leuven, decaan faculteit geneeskunde KU Leuven – specialisatie VJV_Herijgers_Naar een doorgedreven specialisatie

Prof. Dr. Bernard Tilleman, gewoon hoogleraar contractenrecht KU Leuven, decaan rechtsfaculteit KU Leuven – specialisaties B. Tilleman

IMG_9204

20.30 uur  Welke impact heeft het sociaalrechtelijk statuut op de uitoefening?

Prof. Dr. Filip Dewallens, advocaat en bijzonder gasthoogleraar KU Leuven en  UAntwerpen, voorzitter Vlaamse Vereniging voor Gezondheidsrecht – 6.1 soc statuut Dewallens – Impact van het sociaalrechtelijk statuut VJV 2017

Mr. Kathleen Vercraeye, advocaat, voormalig bestuurder OVB, pro-stafhouder NOAB – Statuut van de advocaat – K. Vercraeye

IMG_922120.55 uur  Slotwoord

Mr. Frank Judo, voorzitter Vlaamse Juristenvereniging

RW 2017-06 Colloquium Gezond recht – Het belang van juridische fitness

21.00 uur  Receptie

Folder GEZOND_RECHT

Met VJV naar Brugge voor de toptentoonstelling ‘DE KUNST VAN HET RECHT’ – 14 januari 2017

Recht, rechtvaardigheid en rechters hebben gedurende vele eeuwen kunstenaars van alle slag kunnen inspireren. Het Brugse Groeningemuseum heeft nu meer dan honderd voorbekunst-van-het-rechtelden van die kunsttraditie bij elkaar gebracht, met de nadruk op de periode tussen 1450 en 1750. Voor de Vlaamse Juristenvereniging is dit een uitzonderlijke gelegenheid om achteruit te kijken, maar ook even in de spiegel te kijken.

Op zaterdag 14 januari verwelkomen we u graag in Brugge. We worden ontvangen door de Vrienden van het Groeningemuseum, met een inleidende presentatie bij de tentoonstelling. Vervolgens kan ieder op eigen tempo de kunstwerken bewonderen. Na een gezamenlijke lunch trekken we de stad in om met een gids “Het rechte pad” te volgen, en sporen van het oude rechtsleven in de Brugse binnenstad te ontdekken.

IMG_7592IMG_7603IMG_7623

Programma
10.00u: afspraak bij het Groeningemuseum, Dijver 12, Brugge
10.30u: inleiding
11.00u: vrij bezoek aan de tentoonstelling
12.45u: lunch.
14.15u: wandeling “Op het rechte pad”

Recht en Humor – Kruismans, Keuleneer en Vrielink over een ernstig thema Antwerpen - vrijdag 2 december 2016

Met het recht spot men niet !

Dat de werkelijkheid anders is, weten we allemaal. Ook juristen geven wel eens blijk van gezonde zelfspot, en met flauwe rechtbankmoppen werd al menig boekje gevuld.

Hoewel de tijd van de nieuwjaarsconférences onafwendbaar nadert, begint onze vrijdagse avondafspraak in volle ernst. Wat humoristisch is bedoeld, komt niet altijd zo over, en het zou niet de eerste flauwe plezante zijn die bedreigd werd met een procedure wegens laster en eerroof – om van godslastering maar te zwijgen. Jogchum Vrielink, die dit thema afwisselend licht en diepgaand weet te behandelen, maakt ons wegwijs in de meanders van het recht met betrekking tot de lach.

Als het recht spreekt over de lach, kan de lach niet achterblijven. Bert Kruismans, de jurist die stand-up comedian werd, en Fernand Keuleneer, de advocaat die niet bang is voor zijn eigen mening, gaan daarna in gesprek met Jogchum Vrielink over recht, humor en hun onderlinge relatie. Glimlachen, grimlachen, noch schaterlachen kunnen bij voorbaat uitgesloten worden. U bent gewaarschuwd.

IMG_7158IMG_7168Programma

19.30 u: Ontvangst
20.00 u: Inleidende bedenkingen door Prof. Dr Jogchum Vrielink
20.15 u: Jogchum Vrielink, Bert Kruismans en Fernand Keuleneer tonen hun mooiste monkellach
21.10 u: Slotbedenkingen door Frank Judo, voorzitter Vlaamse Juristenvereniging
21.15 u: Napraten met een drankje

Colloquium Stt, stadsgeheim! Transparantie: minder of meer? - 29 september 2016

Wanneer? Donderdag 29 september 2016 – Van 18.30 u. tot 20.15 u. Onthaal vanaf 17.30 u.
Waar? De Buren, Leopoldstraat 6, 1000 Brussel

Het functioneren van de moderne overheid kan niet worden begrepen zonder rekening te houden met een aantal grote beginselen. Meer en meer verwerft het transparantiebeginsel een plaats in dat rijtje. Openbaarheid van bestuuris niet langer een ver ideaal, maar dagelijkse realiteit voor eenieder die bezig is met het functioneren van de overheid.

Soms lijkt de slinger te ver door te slaan, en wordt transparantie een mantra dat een degelijke functioneren van de overheid bemoeilijkt. Kan een beslissing nog worden voorbereid, als elk advies binnen de kortste keren op internet te lezen staat? Moeten sommige delicate beslissingen niet eerst vertrouwelijk afgetoetst worden? Is het echt de bedoeling dat persoonlijke informatie snel publiek wordt?

Aan de andere kant is transparantie meer dan enkel openbaarheid van bestuur. De bestuurde verdient te weten waarom bepaalde beslissingen worden genomen. Het vertrouwen in het bestuur neemt enkel toe, wanneer transparant wordt gecommuniceerd over de beslissingen die zullen genomen worden, of inmiddels zijn genomen.

Tussen die twee polen probeert de praktijk een evenwicht te vinden. Samen met ons reflecteren in Brussel twee mensen die lang en vaak hebben nagedacht over transparantie, en er ook praktisch mee bezig zijn. De Nederlandse hoogleraar Paul Frissen schreef met zijn “Geheim van de laatste staat” een scherpzinnige kritiek van de transparantiemaatschappij. En de Gentse ombudsvrouw Rita Passemiers wil jaar na jaar aantonen dat het niet méér hoeft te zijn, maar wel béter kan. Zij wisselen gedachten en ervaringen uit, met elkaar en met ons.

Programma

17.30 u. Ontvangst met broodjesbuffet
18.30 u. Verwelkoming door Frank Judo, Voorzitter Vlaamse Juristenvereniging

18.40 u. Inleiding door Prof. Dr. Paul Frissen, decaan en bestuursvoorzitter van de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur (NSOB) in Den Haag

19.20 u. Repliek door Rita Passemiers, Ombudsvrouw Stad Gent

19.35 u. Alle remmen los – debat met de zaal
20.05u. Slotbedenkingen door Albert De Smet, Provinciegriffier Oost-Vlaanderen
20.15 u. Napraten met een drankje

Uniek verslag Colloquium Begrijpelijke rechtstaal – HR_digitaal

Bestuursjuristen – stadsgeheim __Folder_Colloquium_2016_VJV 

KU Leuven Campus Brussel - vrijdag 20 mei 2016

Vaak vinden burgers rechtstaal hermetisch en onbegrijpelijk. Tegelijk bepaalt het recht en die rechtstaal hun levens, zowel in grote als in kleine dingen. Juristen vinden terecht dat rechtstaal juridisch correct moet zijn, maar nemen vaak ten onrechte aan dat begrijpelijke rechtstaal daarom
niet echt haalbaar is. Niets is minder waar!
De bedoeling van het colloquium “Begrijpelijke rechtstaal” is om met de medewerking van specialisten en rechtspractici na te gaan hoe onze rechtstaal begrijpelijker kan worden zonder aan juridische nauwkeurigheid in te boeten. Of u nu advocaat, rechter, gerechtsdeurwaarder, notaris,
ambtenaar, jurist of niet-jurist bent, u bent van harte uitgenodigd.
Tijdens dit colloquium worden workshops, debatten, lezingen en interventies afgewisseld. Er is aandacht voor procedurele en niet-procedurele stukken, voor communicatie naar niet-professionelen, voor wet- en regelgeving enz. De deelnemers kunnen op een interactieve en informele manier hun
persoonlijke knowhow over begrijpelijke rechtstaal delen, afstemmen en verfijnen.

Volledig programma–Folder Uitnodiging begrijpelijke rechtstaal – 20 mei 2016

Overzicht programma

Voormiddag

Verwelkoming– Inleiding
Prof. dr. Raf Van Ransbeeck (IGO en KU Leuven)

Begrijpelijke rechtstaal: een Zuid-Afrikaans perspectief op “plain language”

A South African perspective on “Plain Legal Language” 

Elisabeth de Stadler (advocaat in Kaapstad en stichtend directeur Novation Consulting)
Liezl van Zyl (Bestuurder Kommunikasie-ontwerp US Taalsentrum, Zuid-Afrika)
Ingeleid door Gonnie Put (Bureau Klare Taal en KU Leuven)

Workshops:
 1 Procedurele stukken
 2 Niet-procedurele stukken
 3 Communicatie naar niet-professionelen (mondelinge / schriftelijke communicatie )
 4 Juridische communicatie naar anderstaligen

Namiddag

Debat: goede, betere en beste praktijken
Moderator: prof. dr. Bert Keirsbilck (KU Leuven en advocaat)
Bart Willockx (voorzitter rechtbank van eerste aanleg Antwerpen),  Prof. em. dr. Hélène Casman (ere-notaris, VUB en plaatsvervangend vrederechter), Prof. dr. Karl Hendrickx (U.Antwerpen en KU Leuven),  Jan Hautekiet (VRT), Jeroen Van Nieuwenhove (Raad van State)

Workshops:
 5 Procedurele stukken
 6 Niet-procedurele stukken
 7 Communicatie naar niet-professionelen
 8 Betere wet- en regelgeving
 9 Persartikelen schrijven

Afsluitende lezing door de minister van Justitie Koen Geens [/vc_column_text][/vc_column][/vc_row]

Bekijk de foto’s

Video opnames

  • Voormiddag
  • Namiddag

Download materiaal workshops

Workshop 1 & 5: procedurele stukken

Workshop 2 & 6: niet-procedurele stukken

Bureau Klare Taal
Helder Gents
IBJ

Workshop 3 & 7: mondelinge communicatie

Presentatie
Videofragment 1
Videofragment 2

Workshop 4: communicatie anderstaligen

Workshop 8: betere wet- en regelgeving

Workshop 9: persartikel

Scanbare koppen
Boek Marc Van Bogaert scanbaar schrijven

© 2018 All rights reserved. VJV.